Iedereen moet volwaardig kunnen meedoen in de samenleving. Daarom moet ook informatie op het internet begrijpelijk en toegankelijk zijn. Voor overheidswebsites is het zelfs wettelijk verplicht om te voldoen aan toegankelijkheidseisen. Maar wat zijn die eisen en voldoen de sites er wel helemaal aan?
Er zijn in Nederland richtlijnen opgesteld om websites zo toegankelijk mogelijk te maken voor alle groepen. Het is voor slechtzienden, doven, dyslectici en mensen die de Nederlandse taal minder goed beheersen vervelend als zij niet de juiste informatie tot zich kunnen nemen. Daarom worden er eisen gesteld aan de techniek, design en content van websites.
In de wet is opgenomen dat specifiek overheidssites aan de eisen moeten voldoen, maar ook bedrijven en andere organisaties doen er goed aan om de toegankelijkheid en begrijpelijkheid van hun site te vergroten. Er zijn namelijk 1,5 miljoen mensen in Nederland die doof of slechthorend zijn en meer dan 300.000 mensen zijn slechtziend of blind. Daarnaast is een site die voldoet aan de webrichtlijnen beter vindbaar via zoekmachines.
In de internationale standaard WCAG 2.1 staan basisprincipes waar overheidsinstanties aan moeten voldoen. Webredacteuren, -designers en -ontwikkelaars kunnen dit bij de hand houden om de toegankelijkheid te waarborgen. We sommen kort de basisprincipes op:
Ter aanvulling op de bovenstaande principes bestaan er nog vijftig succescriteria die betrekking hebben op het designproces, de technische aspecten en de ontwikkeling van content.
Overheidssites worden beoordeeld aan de hand van een checklist dat opgesteld is door Logius. Logius is onderdeel van de Rijksoverheid en controleert de overheid op de online toegankelijkheid. In de checklist worden 11 kenmerken genoemd, waar ‘ja’ of ‘nee’ op gescoord kan worden. Als de website voldoende scoort, dan ontvangt de site een zogeheten toegankelijksheidverklaring. Deze moet ook op de site worden gepubliceerd.
De Rijksoverheid geeft aan dat ze diverse maatregelen hebben genomen in de (dagelijkse) processen om de toegankelijkheid te waarborgen. Zo is toegankelijkheid vanaf de start onderdeel van het ontwerp-, bouw en redactionele proces van de website, worden onafhankelijke deskundigen regelmatig ingezet om de toegankelijkheid te toetsen en houden medewerkers hun kennis op peil over toegankelijkheid.
Daarbij laat de Rijksoverheid ook weten dat sommige onderdelen niet (meteen) voldoen aan de eisen. Sommige nieuwsvideo’s zijn niet meteen toegankelijk, omdat de ondertiteling een paar dagen later komt. Daarnaast zijn nog niet alle pdf-bestanden volgens de richtlijn en zijn oude documenten en nieuwsberichten niet aangepast aan de toegankelijkheidseisen.
Uit het recent gepubliceerde rapport ‘Monitor toegankelijkheid 2021’ blijkt dat het overgrote deel van de websites en de mobiele applicaties van Nederlandse overheidsinstanties op dit moment niet volledig voldoen aan alle toegankelijkheidseisen, zoals beschreven in WCAG 2.1. Volgens de onderzoekers betekent dat niet dat een overheidsinstantie niet voldoet aan de vereisten van het ‘Tijdelijk besluit digitale toegankelijkheid overheidswebsites’. “Ook als website(s) en apps
niet voldoen aan de norm kan een overheidsinstantie voldoen aan het besluit, zolang die organisatie maar aantoonbaar werkt aan verbetering van de toegankelijkheid door het toepassen van de standaard.”
Het bovenstaande geldt vooral voor overheidssites die wettelijk gezien zich moeten houden aan de toegankelijkheidseisen. Mocht je toch een overheidssite of -pagina tegenkomen die niet toegankelijk is, dan kun je dat hier melden. Organisaties kunnen dit stappenplan volgen om sites toegankelijker te maken.
Bron: Rijksoverheid, Monitor toegankelijkheid 2021, Frankwatching
Meld je snel en gratis aan voor de Kassa nieuwsbrief!