Naast de Tweede Kamer omarmt ook woonminister Hugo de Jonge het voorstel om het tijdelijke huurcontract van maximaal twee jaar af te schaffen. Hij had zelf al wetgeving in de maak om tijdelijke huurcontracten aan banden te leggen, maar vindt een wetsvoorstel van PvdA en ChristenUnie beter dan zijn eigen plannen. "De route van de initiatiefnemers om huurders meer zekerheid te bieden, is beter dan de route die ik voorstel", zei minister De Jonge in een debat over het initiatief.
Een vast huurcontract moet weer de norm worden in plaats van het flexibele huurcontract, zo regelt het initiatiefwetsvoorstel van de PvdA en ChristenUnie. Daarmee draaien zij een wetswijziging uit 2016 weer terug. Een tijdelijk contract blijft alleen in bepaalde uitzonderingen mogelijk.
Henk Nijboer (PvdA) en Pieter Grinwis (CU), de indieners van de wet, vinden het slecht dat het aantal flexibele huurcontracten in de particuliere sector zodanig is gegroeid dat het inmiddels de norm is geworden.
De verwachting van tijdelijke contracten was dat er meer betaalbare huurwoningen bij zouden komen als een verhuurder niet meteen vast zat aan een huurder. "Een mooie gedachte", zei Nijboer, maar dat de maatregel heeft geleid tot een groter woningaanbod is volgens hem niet aangetoond terwijl de neveneffecten groot zijn.
De PvdA'er verwees naar "de grote onzekerheid en stress" bij huurders, omdat ze na twee jaar een hogere huur moeten gaan betalen of hun huis uit moeten. Ook staat de leefbaarheid in een straat of wijk onder druk vanwege de grote wisseling van huurders. Daarnaast kan een verhuurder telkens de huur flink verhogen bij nieuwe huurders, wat volgens Nijboer ook steevast gebeurt. In Nederland zijn ongeveer 1,1 miljoen private huurwoningen, dat is ruim één op de zeven woningen.
Ook de minister erkent de nadelige gevolgen. Hij wilde zelf de huurders onder meer beter beschermen door tijdelijke huurcontracten in bepaalde wijken te kunnen verbieden. Een voorstel daartoe presenteerde hij vlak voordat PvdA en CU hun initiatief in de Kamer verdedigden. Volgens hem was dat toeval, omdat hij al eerder aan het voorstel had gewerkt.
Wel heeft hij nog enkele zorgen over de uitwerking. Zo vindt hij dat het mogelijk moet blijven dat mensen tijdelijk een woning verhuren als zij bijvoorbeeld gaan samenwonen en dat eerst willen uitproberen. "Het is goed dat ook deze woningen behouden blijven voor de woningmarkt", vindt de minister. Ook de VVD is beducht dat minder woningen beschikbaar komen voor verhuur. Maar de liberalen en ook het CDA zijn positief. Wel hebben ze net als onder meer de SP nog een paar wijzigingsvoorstellen in petto.
Volgende week wordt over de initiatiefwet en de wijzigingsvoorstellen gestemd. ANP
Meld je snel en gratis aan voor de Kassa nieuwsbrief!