Volgend jaar nauwelijks wijzigingen in het basispakket
19-06-2013
• leestijd 2 minuten
Volgend jaar verandert er nauwelijks iets aan het basispakket. Er verdwijnen geen behandelingen of hulpmiddelen uit het basispakket. Wel zijn er wijzigingen in de organisatie van de Geestelijke Gezondheidszorg en in de bekostiging van twee soorten medische hulpmiddelen.
Minister Schippers heeft ook besloten twee innovatieve vormen van zorg voorwaardelijk tot het pakket toe te laten. Het gaat om speciale behandelingen voor patiënten met geïnfecteerde pancreasnecrose en voor patiënten met een ernstige vorm van de ziekte van Crohn. Door deze behandelingen voorwaardelijk tot het verzekerde pakket toe te laten krijgen innovatieve vormen van zorg de kans hun effectiviteit en kosteneffectiviteit in de praktijk te bewijzen.
Basis-GGZ
Op dit moment worden vanuit het basispakket voor alle patiënten maximaal vijf consulten bij een eerstelijns psycholoog vergoed. Vanaf 2014 komt deze beperking te vervallen. Hiervoor in de plaats komen vier zorgcategorieën. Deze vier categorieën vormen samen de nieuwe ‘Generalistische Basis GGZ.’ Patiënten met zwaardere psychische problematiek waarvoor de huidige 5 consulten niet toereikend zijn kunnen hierdoor binnen de basis GGZ behandeld worden, zonder meteen te worden doorverwezen naar gespecialiseerde zorg.
Thuisdialyse
Thuisdialyseapparatuur, inclusief de noodzakelijke toebehoren en gebruiksartikelen, de opleiding/instructie, de ondersteuning en begeleiding, het onderhoud en de reparatie, wordt vanaf 1 januari 2014 vergoed als medisch-specialistische zorg. Voorheen werd het vergoed als medisch hulpmiddel. Hierdoor wordt het ziekenhuis formeel verantwoordelijk voor de te leveren prestaties. In de praktijk was dit al het geval. De zorgverzekeraar blijft, net als nu, verantwoordelijk voor eventuele benodigde aanpassingen van de woning. Dit heeft geen financieel effect voor de verzekerde.
Vacuümpomp
De vacuümpomp die onderdeel uitmaakt van de vacuümtherapie wordt niet langer apart vergoed als hulpmiddel, maar als onderdeel van de therapie. Hierdoor wordt het ziekenhuis formeel verantwoordelijk voor de gehele vacuümtherapie, dus ook voor de vacuümpomp. Ook dit heeft geen financieel effect voor de verzekerde.
Bron: Rijksoverheid