Circa 80 procent van de consumenten wordt weleens ongewenst gebeld door telemarketeers die aan telefonische verkoop doen. Dit ondanks de telemarketingwet die in 2021 van kracht werd. Dat blijkt uit onderzoek van de Consumentenbond. De conclusie is dat de wet – die juist een eind moest maken aan deze telefoontjes – niet goed functioneert.
Hoe zat het ook alweer? Sinds 1 juli 2021 mogen bedrijven consumenten alléén bellen als die daar uitdrukkelijk en expliciet toestemming voor hebben gegeven. Om verwarring en onduidelijkheden te voorkomen, kwam de bewijslast bovendien bij de bedrijven te liggen: zij moeten kunnen aantonen dat ze over deze toestemming beschikken.
Een uitzondering geldt voor telefoontjes naar consumenten die ooit lid of klant van een bedrijf zijn geweest: na opzegging van de overeenkomst mag het bedrijf deze oud-klanten nog drie jaar lang telefonisch benaderen. Door de telemarketingwet kwam er een einde aan het Bel-me-niet-register, dat als inefficiënt en omslachtig werd beschouwd.
Of deze wet – ruim twee jaar na de invoering – effectief blijkt, kan in dit geval worden vastgesteld aan de hand van een peiling. De Consumentenbond vroeg 1100 respondenten naar hun ervaringen. Wat blijkt? Een overgrote meerderheid wordt tóch nog ongevraagd – en in veel gevallen vermoedelijk ook ongewenst – telefonisch benaderd.
Zo geven acht op de tien ondervraagden (80 procent) aan dat ze de afgelopen 12 maanden tóch ongevraagd te zijn gebeld. Voor een kwart van de respondenten (25 procent) geldt dat ze maandelijks door telemarketeers zijn benaderd, en één op de tien deelnemers (10 procent) claimt zelfs wekelijks telefoontjes te ontvangen.
De Consumentenbond heeft ook gekeken naar het type bedrijf of onderneming waar de meeste meldingen over binnenkomen.
Wellicht niet verrassend, maar het type bedrijf dat zich op basis van de meldingen het vaakst schuldig maakt aan ongewenste telefonische verkoop, betreft energieleveranciers. Kennelijk is het voor energieleveranciers nog altijd lucratief en interessant om mensen in te huren die een belscriptje kunnen afdraaien in de hoop zo wat contracten te kunnen slijten, ondanks het verbod.
Ook loterijen en goede doelen hebben er een handje van om mensen tóch nog ongevraagd te bellen: deze twee sectoren sluiten de top drie namelijk af wat betreft het genoemde aantal meldingen over verkooptelefoontjes.
Deze uitkomsten zijn vergelijkbaar met de bevindingen van een onderzoek uit 2019, dat werd afgenomen vóórdat de telemarketingwet van kracht werd.
Directeur Sandra Molenaar van de Consumentenbond roept op om ongewenste telefoontjes vooral te melden. Ze geeft daarbij aan: "Wetgeving is één ding, maar als het niet goed nageleefd wordt, heeft het geen nut. Wat ons betreft moet de controle en handhaving nóg scherper."
Dit soort telefoontjes kunnen worden gemeld bij de ConsuWijzer, het consumentenloket van de Autoriteit Consument & Markt (ACM). Daartoe is een speciaal formulier in het leven geroepen, zodat consumenten op een laagdrempelige wijze eenvoudig een melding kunnen doen.
Ook heerst er onvrede over de termijn van drie jaar waarbinnen organisaties en bedrijven nog het recht hebben om oud-klanten of -leden telefonisch te benaderen. Als het aan de Consumentenbond ligt, gaat deze termijn aanzienlijk omlaag.
Uit de enquête is namelijk gebleken dat dit "tot grote ergenis" leidt. Wellicht niet zo gek, er zal immers een reden zijn dat mensen hun abonnement of lidmaatschap beëindigd hebben. Bijna 7 op de 10 respondenten (68 procent) geeft aan überhaupt niet gebeld te willen worden door bedrijven of organisaties waar ze ooit klant of lid van zijn geweest.
Slechts een kwart van de deelnemers vindt dit geen probleem. Wél vinden ze de termijn van drie jaar veel te lang.
De Consumentenbond heeft zijn bevindingen gedeeld met de ACM en is met de toezichthouder en het ministerie van Economische zaken in gesprek over verbetering en aanscherping van de wet en het toezicht.
Bron: Consumentenbond
Meld je snel en gratis aan voor de Kassa nieuwsbrief!