'Veel dierproeven in toekomst niet meer nodig'
15-12-2016
• leestijd 1 minuten
Dierproeven kunnen voor veel soorten onderzoek tussen nu en 2025 worden vervangen door andere onderzoeksmethodes. Voor onderzoek naar nieuwe medicijnen zullen dierproeven wel langer nodig blijven.
Koploper in vernieuwing
Dat stelt het Nationaal Comité advies dierproevenbeleid (NCad) in een rapport dat donderdag is aangeboden aan staatssecretaris Martijn van Dam (Economische Zaken). Van Dam wil dat Nederland in 2025 koploper is in vernieuwende onderzoekstechnieken waaraan geen dier meer te pas komt, zei hij.
Kunsthuid
Dieren worden nu nog gebruikt om de veiligheid te onderzoeken van onder meer chemische stoffen, voedselingrediënten en bestrijdingsmiddelen. Die proeven kunnen voor 2025 worden afgebouwd, aldus Herman Koëter, voorzitter van het NCad. Nieuwe technieken zijn bijvoorbeeld het gebruik van menselijke kunsthuid bij allergietesten of een computermodel van het hart waarmee de werking van medicijnen wordt onderzocht.
Vanzelf zal de verandering naar nieuwe methoden niet ontstaan en de overheid zal zich dan ook actief moeten inzetten, stellen de onderzoekers. Van Dam wil dat organisaties zoals het Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu (RIVM) ermee aan de slag gaan.
Cosmetica
Het aantal dierproeven in Nederland daalt al. In 2015 waren er 528.159 dierproeven. Dat waren er 92.868 (15 procent) minder dan in 2014. Vooral met muizen, runderen, varkens, kippen en katten werden minder proeven gedaan.
Nederland liep in 1997 ook internationaal voorop door geen dierproeven meer toe te staan voor cosmetische producten, zoals make-up, tandpasta, shampoo en deodorant. In 2004 volgde de hele EU. ANP