Nederland zou de energiebelasting moeten afschaffen. Daarvoor pleit Martijn Hagens, de nieuwe topman van Vattenfall, in het Financiële Dagblad. De steeds hoger wordende energieprijzen belemmeren volgens Hagens het draagvlak voor de overgang naar duurzame energie.
Belastingen zijn de grootste kostenpost van de energierekening. De belastingen werd ingevoerd als stimulans om op de energie te besparen, zegt Hagens. Hij wijst erop dat de opbrengsten hiervan niet gebruikt worden voor de energietransitie, maar naar de algemene middelen vloeien.
Verouderde wetgeving
Een andere toeslag op de energierekening, de Opslag Duurzame Energie (ODE), doet volgens Hagens wél zijn werk. Met de opbrengst daarvan worden wind- en zonneparken gefinancierd. De Europese Commissie werd onlangs nog aangesproken door de ministers van Financiën. Zij vinden dat de wetgeving over energiebelasting aan de huidige tijd moet worden aangepast. In de wetgeving uit 2003 zijn bijvoorbeeld de nieuwste klimaatdoelen niet meegenomen.
Subsidies voor warmtepompen
De afschaffing van de energiebelasting is echter niet zo simpel, legt Hagens uit. Europese regels schrijven namelijk voor dat elk land en vorm van energiebelasting moet heffen. Dat zou volgens hem de toeslag ODE moeten zijn, en niet de huidige energiebelasting vanuit de overheid, waarmee de staatskas wordt gespekt en waar de consument niet mee wordt geholpen. De inkomsten daarvan kunnen volgens Hagens worden gebruikt om de energietransitie binnenshuis te stimuleren, door subsidies voor onder meer warmtepompen. ANP