Steeds meer Nederlanders zijn oproepkracht
27-09-2016
• leestijd 2 minuten
Steeds meer werk in Nederland wordt gedaan door oproepkrachten. Tussen 2010 en 2015 groeide het aantal banen op oproepbasis met 143.000. Dit betekent een toename in die periode met 36 procent, zo blijkt uit cijfers die het Centraal Bureau van de Statistiek (CBS) dinsdag publiceerde.
Veel jongeren
Vorig jaar telde Nederland 545.000 banen die door oproepkrachten werden ingevuld. Dat komt neer op 7 procent van alle banen, tegenover 5 procent van al het werk in 2010. Het overgrote deel van de oproepkrachten betreft jongeren in de leeftijd van 15 tot 25 jaar. Het merendeel van hen is scholier of student. De aanwas van nieuwe oproepbanen speelde vooral bij werk dat door jongeren wordt gedaan.
Horeca meeste oproepkrachten
De horeca telde de meeste oproepkrachten. Vorig jaar werkte hier ruim een op de vier werknemers op oproepbasis. Dat was vijf jaar eerder nog een op de vijf personeelsleden. Overigens worden oproepkrachten in de horeca het minst betaald. Vorig jaar lag het salaris op iets minder dan 10 euro per uur gemiddeld.
Ook in de landbouw, de cultuursector en in de sport en recreatie zat het aandeel oproepkrachten de laatste jaren in de lift.
Behoefte aan flexibiliteit
De belangrijkste reden voor oproepkrachten om op die basis aan het werk te gaan, is de behoefte aan flexibiliteit. Dat geldt vooral voor jongeren tot 25 jaar en ouderen vanaf 65 jaar. In de leeftijdscategorieën daartussen speelt het niet kunnen krijgen van een vaste baan ook een belangrijke rol. Toch geeft ook hier 40 procent van de oproepkrachten aan juist behoefte te hebben aan flexibiliteit. ANP