Sociale mediabedrijven, zoals Facebook en Instagram, mogen niet meer eisen dat gebruikers zich online laten volgen voordat ze toegang krijgen tot hun platforms. Dat stellen de Autoriteit Persoonsgegevens (AP) en andere privacy toezichthouders in Europa, verenigd in de European Data Protection Board (EDPB).
De toezichthouders zijn van mening dat deze platforms gebruikers een gratis optie moeten bieden waarbij ze slechts beperkt gevolgd worden. Momenteel hanteren sommige sociale mediabedrijven het beleid dat gebruikers alleen gratis toegang krijgen als ze akkoord gaan met het gebruik van hun persoonsgegevens voor gerichte advertenties.
De EDPB benadrukt dat gebruikers momenteel geen eerlijke keuze hebben. Ze worden effectief gedwongen te kiezen tussen 'betalen' met hun persoonsgegevens of het accepteren van een hoog geprijsd betaald abonnement.
Dit standpunt komt na kritiek van privacy activisten en consumentengroeperingen op nieuwe abonnementsvormen van Meta, het moederbedrijf van Facebook en Instagram. Sinds november 2023 kunnen gebruikers van deze sociale media ervoor kiezen om een betaald abonnement af te sluiten. Een abonnement kost maandelijks tussen de 9,99 euro en 12,99 euro. Als je het abonnement in de app afsluit betaal je meer, omdat Meta een deel van dit bedrag moet betalen aan de appstores.
Na het afsluiten van een betaald abonnement krijg je geen persoonlijke advertenties meer in je tijdlijn. Je kunt er ook voor kiezen om de gratis versie te blijven gebruiken. Dit betekent wel dat je de weergave van persoonlijke advertenties en het gebruik van je persoonsgegevens voor deze advertenties moet accepteren. Daarmee dwingen deze abonnementsstructuren gebruikers een vergoeding te betalen als ze hun privacy willen beschermen.
Bronnen: ANP, Consumentenbond
Meld je snel en gratis aan voor de Kassa nieuwsbrief!