Ondanks dat er al weken wordt gesteld dat er een prijsplafond voor gas en stroom gaat gelden voor een verbruik tot 1200 kuub gas 2900 kilowattuur stroom per jaar, blijkt na bekendmaking van de officiële regeling dit voor diverse huishoudens toch niet het geval te zijn. Dat heeft het ministerie van Economische Zaken en Klimaat bevestigd na vragen van RTL Nieuws.
Dat komt door de achterliggende rekenmethode. Voor het prijsplafond wordt niet alleen gelet op het verbruik over een heel kalenderjaar. Het plafond blijkt opgedeeld te zijn in twee periodes: eentje vóór je jaarafrekening en eentje erna. Die periodes zijn niet voor iedereen gelijk, je krijgt de jaarafrekening doorgaans op de dag waarop je ooit je contract afsloot bij de energieleverancier.
De 1200 kuub gas en 2900 kWh stroom die onder het prijsplafond vallen, zijn namelijk per dag verdeeld over het hele jaar in plaats van dat de vastgestelde waarden voor het hele jaar gelden. Er is wel rekening gehouden met het feit dat huishoudens in de winter meer verbruiken dan in de zomer.
Dat betekent het volgende: bij de jaarafrekening wordt enkel het verlaagde tarief van het prijsplafond in rekening brengen voor het aantal kuub of kilowattuur dat je volgens het rekenmodel maximaal tot die dag had mogen verbruiken. Alles wat je niet verbruikt hebt, verlies je. Verbruik je meer dan het vastgestelde maximum? Dan betaal je daar gewoon de normale prijs uit je contract voor; over het algemeen geldt dan dus de variabele marktprijs.
Om het duidelijker te maken, heeft de overheid een rekenvoorbeeld gepubliceerd. Stel dat een huishouden op 13 april de jaarrekening voorgeschoteld krijgt. Van 1 januari tot 12 april mag dit huishouden 610 m3 gas en 976 kWh stroom gebruiken tegen de tarieven van het prijsplafond.
Gebruikt het huishouden in deze periode meer m3 en kWh dan hierboven vermeldt? Dan betalen zij daarover het normale tarief uit hun energiecontract. Dit betekent ook dat in de periode van 13 april tot 31 december, dit huishouden nog maar 590 m3 gas en 1.924 kWh stroom mag gebruiken tegen de tarieven van het prijsplafond. Het maakt daarbij niet meer uit hoeveel zij vóór 13 april hebben verbruikt; dit komt te vervallen.
Dit betekent ook dat de hoeveelheid stroom en gas die je overhoudt op het moment dat je van 1 januari tot 12 april mínder verbruikt dan je maximaal zou mogen verbruiken om onder het prijsplafond te vallen, komt te vervallen. Stel dat dit huishouden maar 500 m3 gas en 700 kWh stroom verbruikt tot 12 april, dan komen de overige 110 m3 gas en 276 kWh stroom dus te vervallen.
Wanneer kun je maximaal gebruikmaken van de gereduceerde tarieven van het prijsplafond? Alleen als je zowel voor als na de jaarafrekening méér verbruikt dan wat je volgens het rekenmodel had mogen gebruiken óf als je precies op het gemiddelde verbruik zit.
Volgens het ministerie van Economische Zaken en Klimaat is voor deze rekenmethode gekozen om het uitvoerbaar te houden voor de energieleveranciers. Een woordvoerder benadrukt tegenover de NOS dat de uitwerking in de praktijk voor een gemiddeld huishouden weinig gaat uitmaken. "Verandert je situatie erg gedurende het jaar en zit je eindafrekening daartussen, dan kan het wel zijn dat het prijsplafond daar niet optimaal bij aansluit", aldus de woordvoerder.
bron: RTL Nieuws / NOS
Thema's:
Meld je snel en gratis aan voor de Kassa nieuwsbrief!