Negen van de tien vrouwen met borstkanker vrezen een terugkeer, uitzaaiing of overlijden na behandeling. Voor een op de drie heeft die angst een grote impact op hun leven.
Hoewel de meeste vrouwen met hun arts of behandelaar over hun angst willen praten, gebeurt dat enkel als ze er zelf over beginnen, blijkt uit onderzoek onder 603 vrouwen met borstkanker of een grote kans op borstkanker door Borstkankervereniging Nederland (BVN). Hieruit concludeert de vereniging dat er onvoldoende aandacht is voor angst bij vrouwen in het ziekenhuis en bij de huisarts.
Impact op dagelijks leven
Bijna alle patiënten met borstkanker ervaren angst wegens hun ziekte. Zo zijn zes op de tien vrouwen bang dat het na behandeling terugkeert. Vijftig procent vreest uitzaaiingen en 25 procent is bang voor de bijwerkingen of vreest eraan te overlijden. Voor drie op de tien vrouwen is deze angst zo erg dat het een enorme impact heeft op hun dagelijks leven. Een kwart heeft deze angstgevoelens vijf jaar na diagnose nog steeds.
Onvoldoende aandacht voor angst
Twee op de drie vrouwen voelt de behoefte om met zorgverleners over hun angst te praten. In zeventig procent van de gevallen wordt hier ook over gesproken, maar meestal met een verpleegkundige rond de diagnose of behandeling of vlak erna. Twee derde van de vrouwen moest het onderwerp zelf aansnijden. Bij de huisarts wordt de angst nauwelijks besproken, terwijl deze een grotere rol kan spelen in het bespreekbaar maken van de angst. Hoewel zestig procent van de vrouwen aangeeft te wensen dat de huisarts er meer aandacht aan besteed, gebeurt dat slechts in 25 procent van de gevallen. De manier waarop er nu door huisartsen en ziekenhuizen aandacht aan angst wordt besteed, is volgens ondervraagden onvoldoende.
Bespreekbaar maken van angst
BVN noemt het bespreken van angst in een aanbeveling voor een betere nazorg bij borstkanker. Het is volgens de vereniging belangrijk dat er structureel aandacht voor is. De ondervraagden geven aan dat een vertrouwensband helpt bij het bespreken van de angstgevoelens. BVN vraagt daarom zorgverleners hierin de eerste stap te zetten en angstgevoelens ter sprake te brengen.