Het kabinet gaat de regels wat betreft het terugvorderen van onterecht ontvangen uitkeringen zoals de WW, de AOW en de bijstand versoepelen. Dat geld kan voortaan tot maximaal vijf naar nadien worden teruggevorderd. Momenteel is dat nog tot twintig jaar na ontvangst.
Het uitgangspunt wordt dat mensen in principe geen kwaad in de zin hebben en 'dat de meeste mensen het goede willen doen', zo schrijven ministers Van Gennip (Sociale Zaken) en Schouten (Armoedezaken) aan de Tweede Kamer.
Dat suggereert een ommezwaai ten opzichte van het huidige beleid, dat voor een groot deel gestoeld is op wantrouwen. In het nieuwe beleid staat de menselijke maat voorop.
De huidige terugvorderingstermijn van twintig jaar legt volgens Van Gennip en Schouten 'een last bij de betrokken burger, die over een lange periode moet kunnen aantonen recht te hebben op een uitkering'. En dat zorgt in de praktijk niet zelden voor forse problemen.
Fouten kunnen er bijvoorbeeld toe leiden dat een WW-uitkering tot vele jaren na ontvangst ineens geheel of gedeeltelijk moet worden terugbetaald, waardoor mensen in forse financiële problemen komen. De bewijslast komt eigenlijk altijd bij de burger te liggen, maar volgens de nieuwe richtlijnen moet deze last worden verdeeld tussen overheid en burger.
De nieuwe termijn van vijf jaar is niet willekeurig gekozen: deze is gelijkgetrokken met die in het belastingrecht. Voor de Belastingdienst geldt immers al een maximale termijn van vijf naar voor eventuele herzieningen.
Bron: ANP / de Volkskrant
Meld je snel en gratis aan voor de Kassa nieuwsbrief!