Kosten parkeervergunning in veel grote steden gestegen
08-10-2019
•
leestijd 1 minuten
•
50 keer bekeken
•
In acht van de twaalf provinciehoofdsteden zijn de tarieven voor parkeervergunningen verhoogd. In Rotterdam zijn de kosten in een jaar tijd met maar liefst 71 procent gestegen. Dat blijkt uit onderzoek van autodeelplatform SnappCar, dat 75 gemeenten vergeleek.
In de hoofdstad moet het meest worden neergeteld voor een parkeervergunning. Autobezitters die hun vervoersmiddel kwijt willen in het Amsterdamse centrum zijn per jaar 535 euro kwijt. Utrecht komt met 342 euro op de tweede plek, gevolg door Maastricht (285,36 euro), Groningen, (247 euro) en Leeuwarden (225 euro).
Rotterdam
De grootste stijging is, zoals genoemd, te vinden in Rotterdam. Daar kost een parkeervergunning 115 euro per jaar, ongeacht de parkeerzone. Na Rotterdam is de grootste stijging in Den Haag te vinden. In de Hofstad zijn parkeervergunninghouders dit jaar 45 procent duurder uit, gevolgd door Utrecht (+24%) en Maastricht (+10%).
In andere grote steden als Haarlem, Groningen en Zwolle stegen de prijzen met slechts 2,5 procent. In Assen, Arnhem, Leeuwarden en Lelystad bleven de tarieven voor een parkeervergunning in de binnenstad gelijk aan die van 2018.
900 miljoen
Van alle provinciehoofdsteden is Assen het goedkoopst. Daar reken je 45 euro per jaar af om je auto neer te zetten. Den Haag en Middelburg zijn ook relatief goedkope parkeersteden met respectievelijk 60 en 87,60 euro. Gemeenten verdienden in 2019 met de inkomsten van parkeergelden en -vergunningen 900 miljoen euro. Dat is bijna 10 procent meer dan het jaar ervoor.