Kabinet moet kiezen voor zomer- of wintertijd
12-09-2018
• leestijd 1 minuten
Het kabinet moet uiterlijk in maart volgend jaar aan Brussel melden of Nederland in 2019 overschakelt op permanente zomer- of wintertijd. De Europese Commissie maakt aan het halfjaarlijkse klokverzetten in de EU een einde, zei voorzitter Jean-Claude Juncker in zijn jaarlijkse beleidstoespraak.
De EU-landen moeten wel eerst hun fiat geven aan het beoogde schrappen van de zomertijdverordening, evenals het Europees Parlement. Volgens Juncker is er onvoldoende maatschappelijk draagvlak voor het halfjaarlijkse klokritueel. De lidstaten moeten kiezen voor een standaardtijd. Om de werking van de interne markt niet te verstoren mogen de landen daarna niet meer op eigen houtje seizoensgebonden tijden invoeren.
Zomer- of wintertijd
Op zondag 1 maart 2019 gaat de klok in de hele EU voor het laatst een uur vooruit naar zomertijd, stelt Brussel voor. Mocht een lidstaat standaard voor de zomertijd kiezen, dan gaat de klok eind oktober niet meer terug. Kiest een land permanent voor wintertijd, dan gaat de klok daar voor de laatste keer op 27 oktober 2019 een uur achteruit.
Het Nederlandse kabinet zal binnen enkele weken een oordeel over het plan vellen.
Gezondheidswinst
Volgens Europarlementariër Annie Schreijer-Pierik (CDA) is het voorstel om het klokverzetten te stoppen ,,pure winst voor onze gezondheid en gezinnen''. ,,Maar het is zwak dat de commissie zelf niet kiest tussen winter- of zomertijd als standaardtijd in de EU."
Schreijer wil zich gaan inzetten voor een Europese regeling: alle landen permanent wintertijd of alle landen zomertijd. ,,We willen geen rommeltje. Burgers en bedrijven verwachten, verdienen en krijgen Europese eenheid." ANP