I&O Research: "Veel Nederlanders bezuinigen vanwege de inflatie"

Hoewel de meeste Nederlanders ondanks de inflatie nog altijd geen moeite hebben om rond te komen, houdt een meerderheid van 55 procent de eigen uitgaven sterker in de gaten. In juni was dat nog 43 procent. Dat blijkt uit representatief onderzoek van I&O Research dat is uitgevoerd onder 1084 respondenten, uitgevoerd in opdracht van de NOS.

Eén op de vier Nederlanders heeft er moeite mee om rond te komen; uit onderzoek blijkt dat het voor deze groep "echt lastig is om de eindjes aan elkaar te knopen". Bijna twee op de tien Nederlanders (19 procent) geeft aan dat ze goed op de uitgaven moeten letten, willen ze alles kunnen blijven betalen.

Eén op de twintig Nederlanders (5 procent) heeft momenteel al te maken met financiële problemen of verwacht daar op korte termijn mee te maken te krijgen.

Uit het onderzoek is gebleken dat het niet alleen de minima zijn die door de inflatie worden geraakt. Onderzoeker Melle Conradie van I&O Research: "Ook een deel van de lagere middeninkomens dreigt in de problemen te komen."

Hoewel het logisch is dat mensen met een minimuminkomen of een inkomen onder modaal eerder te maken krijgen met de gevolgen van de inflatie, geldt voor Nederlanders in alle inkomensgroepen dat ze de inflatie gaan voelen in de portemonnee.

Bijna de helft van de respondenten (45 procent) gaf aan dat niet alleen de lage inkomens, maar ook de middeninkomens meer tegemoetgekomen moeten worden door de overheid. 

Bovendien zijn verreweg de meeste respondenten voorstander van meer overheidscompensatie. Dat kan gaan om compensatie voor bepaalde inkomensgroepen, maar ook voor alle burgers. Dat zou bijvoorbeeld kunnen worden betaald door de winsten van bedrijven zwaarder te belasten: daarvan geeft ongeveer twee op de drie respondenten aan dat dit een redelijk goed tot zeer goed idee is.

Over het belasten van hogere inkomens zijn de meningen verdeeld. Ongeveer de helft (49 procent) is hier voorstander van. Impopulaire opties zijn het verder laten oplopen van de staatsschuld en eventuele aanvullende bezuinigingen.

Bron: NOS