Je koopt nietsvermoedend een mooie plant in de voordeelhoek van het tuincentrum. Dan blijkt de dag erna dat je huisdier ervan gesnoept heeft en eraan overlijdt. Worden we voldoende gewaarschuwd voor de giftigheid van planten?
Het overkwam Monique Fennis uit Friesland. Enkele maanden geleden kochten zij en haar man drie alpaca’s: Chico, Chica en Cherry. Overdag lopen de beesten in de wei en ’s nachts slapen ze in de schuur. Monique koopt eind augustus een oleander uit een tuincentrum. Het plantje staat in de koopjeshoek en heeft 50 procent korting. Een mooie deal dus. Het label dat aan de plant hangt ziet er vrolijk uit en waarschuwt op geen enkele manier dat het om een giftige plant gaat. Omdat het slecht weer is zet ze de plant even in de schuur met het voornemen om hem de volgende dag in de tuin te planten.
De volgende ochtend laat ze de alpaca’s uit de schuur en brengt ze naar de wei. Diezelfde middag begint Cherry te hoesten en te krijsen. Het lijkt alsof ze door een wesp is geprikt in haar keel. Gelijk wordt de dierenarts erbij gehaald en die constateert dat ze een ademhalingsprobleem heeft. Een longontsteking lijkt uitgesloten, aangezien haar temperatuur goed is. Het lijkt erop dat ze iets gegeten heeft wat deze acute reactie veroorzaakt, zegt de dierenarts. Het enige wat Monique en haar man Harrie kunnen bedenken is dat Cherry een paar blaadjes van de oleander heeft gegeten. De alpaca reageert op geen enkel medicijn. De dierenarts geeft haar wel een pijnstiller, maar die voorkomt niet dat om vijf uur in de ochtend het beestje sterft in de armen van Monique.
Gif
Het geval van de alpaca staat niet op zich. Cijfers van het NVIC (Nationaal Vergiftigingen Informatie Centrum) laten zien dat dierenartsen steeds vaker een beroep doen op het NVIC. In 2019 werd het NVIC geraadpleegd over 8.972 dieren, met in totaal 9.454 blootstellingen aan potentieel giftige stoffen. Het aantal vragen van dierenartsen neemt al jaren toe en beslaat momenteel 18% van alle telefonische informatieverzoeken aan het NVIC.
Labels
Maar wat doet de tuinbranche zelf om klanten hierover te informeren? Er hangt aan iedere plant een label met symbolen die iets vertellen over de verzorging van de plant, welke voeding, welke temperatuur en welke snoei een plant nodig heeft. Ook bestaan er symbolen die iets zeggen over de ‘consumptie’ van planten.
Dit symbool betekent dat het niet geschikt is voor consumptie door mensen en dieren. Maar is daarmee ook duidelijk dat de plant giftig is? En staat deze informatie bij alle planten? FloraHolland, die de richtlijnen heeft opgesteld, heeft ook een symbool gemaakt voor de giftigheid voor dieren (zie tweede afbeelding). Maar in de praktijk zie je dat dit symbool nauwelijks wordt gebruikt. Wettelijk gezien is er geen verplichting om iets te vermelden over de giftigheid van planten.
Plantenspaspoort
Sinds december 2019 moet aan iedere plant een plantenpaspoort hangen. De Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit (NVWA) verstrekt het paspoort. Hierop is te zien waar de plant vandaan komt en is nodig voor de handel binnen de EU. Dit moet helpen om de verspreiding van bepaalde ziekten en plagen te voorkomen, dan wel te kunnen traceren.
Hieronder een voorbeeld van een plantpaspoort: vorm, grootte en lettertype mogen afwijken.
De eigenaresse van het tuincentrum waar Monique de oleander heeft gekocht zegt dat de producten niet geschikt zijn voor consumptie en dat ze daarom niet vertelt dat ze giftig zijn. De volledige reactie van de eigenaresse vind je hier.
De sierteeltsector vindt dat mensen zelf verantwoordelijk zijn om dergelijke situaties zoals die van Monique te voorkomen. Ze gaan onderling bespreken of ze beter moeten gaan waarschuwen. De volledige reactie van de sierteeltsector vind je hier.