7 van de 65 onderzochte babypoppen die de Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit (NVWA) dit jaar onderzocht zijn onveilig. Dat maakt de autoriteit bekend in de uitzending van Kassa vanavond.
Weekmakers en verstikkingsgevaar
De poppen bevatten te veel weekmakers of er bestaat gevaar op verstikking door losse onderdelen. Sommige poppen hebben lange koorden of lussen waar kinderen in verward kunnen raken. Daarnaast zijn er veel poppen aangetroffen waarvan de etiketten niet kloppen. De verkoop van in totaal 17 poppen is verboden.
Onderzoek
De NVWA onderzocht dit jaar 65 verschillende babypoppen met zachte kunststoffen onderdelen van 47 verschillende merken op weekmakers, verstikkings- en verstrikkingsgevaar en etikettering. De babypoppen waren afkomstig van webwinkels, speelgoedwinkels, warenhuizen, kledingwinkels en marktkramen. 17 van de 65 poppen voldeden niet aan de onderzochte eisen. 7 poppen werden onveilig bevonden. Deze hadden lange koorden waarin kinderen verstrikt kunnen raken, kleine onderdelen die los kunnen raken waardoor kinderen erin kunnen stikken en/of ze bevatten te veel weekmakers. Weekmakers als DEHP, DBP, BBP, DINP, DIDP en DnOP zijn (mogelijk) hormoonverstorend en kunnen een nadelig effect hebben op de voortplanting. Als kinderen op de babypop sabbelen of ermee spelen worden zij aan deze weekmakers blootgesteld.
Onjuiste etiketten
Er werden ook vaak tekortkomingen op de etiketten van de babypoppen aangetroffen. De waarschuwing dat de pop niet geschikt is voor kinderen jonger dan 3 jaar stond weliswaar vaak op babypoppen, maar deze poppen zijn wel bestemd voor deze leeftijdscategorie. De fabrikant heeft dan mogelijk de pop niet getest op aanvullende eisen voor speelgoed voor kinderen onder de 3 jaar. De verkoop van producten met onjuiste opschriften is verboden
Advies
De NVWA adviseert ouders die poppen hebben met een ernstig veiligheidsrisico, om hun kind niet met deze poppen te laten spelen.