Gemeenten moeten beter hun best doen om de WOZ-waarde van woningen nauwkeuriger vast te stellen, zodat zij minder geld kwijt zijn aan no-cure-no-pay-bureaus die met succes bezwaar maken. Dit blijkt uit het onderzoek van het Wetenschappelijk Onderzoek en Documentatiecentrum (WODC) van het Ministerie van Veiligheid en Justitie. Kassa besteedt hier in de uitzending van 13 februari uitgebreid aandacht aan.
Geïnterviewde rechters geven in het rapport aan dat zij in een beroepsprocedure te vaak tegenover slecht voorbereide taxateurs en juristen van een gemeente zitten. Gemeenten moeten daarom investeren in hun informatieprocessen. "Wanneer gemeenten bij de rechter niet goed kunnen uitleggen hoe een door het model vastgestelde WOZ-waarde zich verhoudt tot de woning van de bezwaarmaker, zal de rechter deze niet in stand laten en meegaan in de argumenten die het no-cure-no-pay-bureau (ncnp) aandraagt", aldus Arjen Schep, bijzonder hoogleraar Heffingen van de Lokale Overheden aan de Erasmus Universiteit die het onderzoek heeft begeleid.
Door systematiek WOZ-waardering wordt niet naar individuele gevallen gekeken
De modelmatige WOZ-waardering van woningen leidt eveneens tot problemen. "De massaliteit van het proces en de wettelijke systematiek heeft tot gevolg dat gemeentes pas bij bezwaar en beroep goed kunnen kijken naar hoe de individuele woning afwijkt van de woningen waarmee in het model wordt vergeleken", aldus Schep.
De conclusies uit het WODC-onderzoek zijn opmerkelijk, omdat het juist had moeten achterhalen of ncnp-bureaus zich op grote schaal schuldig maken aan ongewenste praktijken. Dit is echter niet aangetoond. De afgelopen jaren uiten steeds meer gemeenten kritiek op deze bureaus vanwege de groeiende stapel bezwaarschriften en stijgende proceskostenvergoeding.
Gemeenten ontvingen in 2020 75.000 bezwaarschriften om ncnp
In 2020 ontvingen gemeentes maar liefst 75.000 bezwaarschriften op basis van ncnp, tegen 51.000 het jaar daarvoor, blijkt uit cijfers van de Waarderingskamer die namens de overheid toeziet op de uitvoering van de Wet Waardering onroerende zaken. In 2019 keerden gemeenten deze bureaus 12 miljoen euro uit aan proceskostenvergoeding. De uitgaven over 2020 zijn nog niet bekend. Deze kosten hebben mede tot gevolg dat de onroerendezaakbelasting (ozb) dit jaar fors is gestegen.
Hoop op vermindering WOZ-waarde via ncnp-bureau
Bewoners hopen via een ncnp-bureau een vermindering van de WOZ-waarde te realiseren. Want die is van invloed op onder meer de hoogte van de ozb, de waterschapsheffing en het eigenwoningforfait die mensen betalen via de inkomstenbelasting. De WOZ-waarde telt ook mee in de huurprijs van huurwoningen. Een waardevermindering kan zodoende leiden tot lagere lasten voor de bewoner.
Ncnp-bureau verdient genoeg geld aan waardevermindering
Ook aan een minimale waardevermindering waar de bewoner nauwelijks wat aan overhoudt, verdient een ncnp-bureau volgens gemeenten goed geld. Waardoor volgens hun een perverse prikkel ontstaat om zoveel mogelijk te verdienen. Volgens de Vereniging van Nederlandse Gemeenten (VNG) moet de proceskostenvergoeding daarom omlaag. Ook denken de gemeenten na over een nieuwe manier van de WOZ-waarde vaststellen door middel van een waarde-klassenstelsel waarbij elke woning in een bepaalde categorie van woningwaardes valt. "Op die manier zouden we de kosten van ncnp-bureaus beter in de hand kunnen houden", aldus beleidsmedewerker Robin Vonk.
Kleinere gemeenten leveren beter werk dan grotere gemeenten
Uit navraag bij de Waarderingskamer blijkt dat momenteel dertien gemeenten onder verscherpt toezicht staan omdat de kwaliteit van de WOZ-uitvoering te wensen overlaat. Diverse andere gemeenten functioneren weliswaar voldoende volgens de toezichthouder, maar laten wel steken vallen bij bijvoorbeeld de afhandeling van het aantal bezwaarschriften. Uit het WODC-onderzoek blijkt dat kleinere gemeenten vaak beter werk afleveren dan grote gemeenten.
Gemeenten moeten vaker in woning kijken om tot goede waardebepaling te komen
Dankzij een recente opmerkelijke uitspraak van het tuchtcollege van het Nederlands Register Vastgoed Taxateurs kunnen register-taxateurs die de WOZ-waarde vaststellen mogelijk gedwongen worden om nauwkeuriger hun werk te doen. Uit deze uitspraak blijkt onder meer dat zij in bezwaar-en beroepsprocedures de woning inpandig moeten taxeren om tot een goede WOZ-waarde te komen. De betreffende register-taxateur die voor een landelijk ncnp-bureau woningen taxeert, had dit nagelaten. Hij is daarom voor een half jaar geschorst en heeft een boete gekregen. Tegen de uitspraak kan nog wel beroep aangetekend worden. "Omdat bij dit register zowel taxateurs zijn aangesloten die taxeren voor gemeenten als voor ncnp-bureaus, kan deze uitspraak tot gevolg hebben dat ook gemeenten vaker in de woning moeten kijken om tot een goede waardebepaling te komen. Door dat in de bezwaarfase vaker te doen, kunnen beroepsprocedures bij de rechter worden voorkomen", aldus bijzonder hoogleraar Arjen Schep.
Hoe maak je bezwaar tegen je WOZ-beschikking?
Ieder jaar stelt de gemeente opnieuw de WOZ-waarde van je koop- of huurwoning vast in een WOZ-beschikking. Een gemeente kan een hoge WOZ-waarde vaststellen, wat betekent dat je huis veel waard is. Dat is echter niet altijd gunstig. Als je bezwaar wilt maken tegen de WOZ-waarde op je beschikking, dien je dit binnen zes weken na ontvangst van de beschikking bij je gemeente te doen. Na dit termijn is het niet meer mogelijk om bezwaar te maken.
In de bijlage van je beschikking lees je hoe je bezwaar kunt doen in jouw gemeente. Hoe je bezwaar kunt maken, verschilt namelijk per gemeente. In je bezwaar dien je onder andere op te schrijven waarom je het niet eens bent met de WOZ-waarde. Verder kan het helpen een taxatieverslag aan te vragen.
Vraag een taxatieverslag aan
Bij je gemeente kun je zo’n taxatieverslag aanvragen. Hierin staat hoe de WOZ-waarde is bepaald. In zo’n taxatieverslag staan in de meeste gevallen ook de verkoopcijfers van andere, vergelijkbare woningen. Met deze verkoopcijfers kun je uitzoeken of de waarde van jouw woning goed is berekend. Deze gegevens kun je gebruiken bij je bezwaar. De gemeente doet vervolgens een uitspraak op jouw bezwaar.
Niet eens met uitspraak gemeente?
Indien je het niet met deze uitspraak eens bent, kun je in beroep gaan bij de sector bestuursrecht van de rechtbank. Als je het vervolgens niet eens bent met de uitspraak van de rechtbank, kun je nog in hoger beroep gaan bij de belastingkamer van het Gerechtshof. In dat geval moet je griffierechten betalen.
Met name voor huurders van sociale huurwoningen kan het lonen om bezwaar te maken tegen een hoge WOZ-waarde. Wanneer het bezwaar namelijk succesvol is, gaat vervolgens de ‘maximaal toegestane huurprijs’ van je woning omlaag. Bereken met de huurprijscheck van de Huurcommissie hoeveel punten je woning heeft en wat de maximale toegestane huurprijs is die daarbij hoort. Hier geldt: hoe lager de WOZ-waarde, hoe minder punten en dus ook hoe lager de maximale toegestane huurprijs. Jouw verhuurder moet dan de huur verlagen.
Meer informatie hierover in Kassa: 13 februari 2021 om 19:05 bij BNNVARA op NPO 1.