Consumenten die vlees eten, hoeven zich geen zorgen te maken over de gekkekoeienziekte (BSE), stelt Ab Osterhaus. Ook hoeven ze niet te stoppen met het eten van rundvlees, aldus de viroloog.
Het ministerie van Landbouw meldde woensdag dat bij een dode koe op een Nederlandse boerderij een vorm van gekkekoeienziekte is geconstateerd die vaker "spontaan" kan ontstaan bij oudere dieren.
Er is ook een andere variant van de ziekte, ook wel de 'klassieke' variant genoemd, die wel gevaarlijk is. Deze kan worden overgebracht door voer waar dierlijke eiwitten in zitten die besmet zijn met de ziekte. Als de koe deze variant had gehad, betekende dat mogelijk dat er toch zulk (besmet) voedsel in omloop zou zijn, beaamt een woordvoerster van Wageningen Bioveterinary Research. Dan hadden veel mensen in contact kunnen komen met besmet vlees. Het geven van voer met materiaal van zoogdieren ('diermeel') aan vee is verboden in Nederland.
Ab Osterhaus was vanaf eind jaren negentig voorzitter van het comité dat de Europese Unie adviseerde over de aanpak van BSE. Die verspreidde zich toen vanuit het Verenigd Koninkrijk en leidde bij de mens tot een nieuwe variant van Creutzfeldt-Jakob. Door die ziekte sterven de hersencellen in hoog tempo af. Het is inmiddels bekend dat de variant die onlangs in Nederland bij een koe werd aangetroffen dus niet de variant is die vanuit het VK kwam.
Door de strenge regels voor monitoring komen zieke dieren sowieso niet in de voedselketen terecht, aldus Osterhaus. In Nederland moeten veehouders, dierenartsen en slachterijen bij verschijnselen van de ziekte een melding maken, waarna het dier wordt onderzocht. Daarnaast moeten gestorven dieren die ouder dan 48 maanden waren, worden getest op BSE. Voor bepaalde geslachte dieren ligt die grens op 24 maanden. ANP
Meld je snel en gratis aan voor de Kassa nieuwsbrief!