Een extract uit de wilde paddenstoel Cordyceps sinensis lijkt veelbelovende resultaten op te leveren in de strijd tegen meerdere kankersoorten. Een lage dosis van het extract leidt ertoe dat cellen minder ongecontroleerd groeien en een hoge dosis heeft invloed op de klontering van kankercellen.
Dat heeft een Brits onderzoeksteam van de universiteit van Nottingham onder leiding van biologe Cornelia de Moor ontdekt, zo staat woensdag op de internetpagina Natuurbericht.nl. Het team publiceert de opmerkelijke vondst deze maand in een internationaal wetenschappelijk tijdschrift. De paddenstoel groeit op de poppen van motten op de alpiene hoogvlakte van Tibet.
De wilde paddenstoel staat in China al eeuwenlang bekend om de geneeskrachtige werking. In 1950 verschenen voor het eerst wetenschappelijke artikelen over de mogelijke werking tegen kanker. De paddenstoel verdween weer uit beeld, omdat het heel moeilijk was om aan grondstof te komen voor onderzoek. Het Britse onderzoeksteam is er nu in geslaagd een kunstmatig extract van de werkzame stof te maken, genaamd cordycepin.
De onderzoekers hebben zowel met alleen cordycepin als met een combinatie van het extract en andere antikankermedicijnen proeven gedaan. De Moor denkt dat cordycepin een grondstof kan zijn voor een heel nieuwe generatie medicijnen tegen kanker.
ANP