Ondanks de versoepelingen van gemeenten met betrekking tot giften in de bijstand, komen bijstandsgerechtigden in de knel, zo blijkt uit onderzoek van Platform Investico, EenVandaag en Trouw en de Groene Amsterdammer. Ruim tachtig gemeenten hebben in 2021 hun regels versoepeld, maar volgens hoogleraren, sociaal advocaten en andere experts is dit slechts een druppel op een gloeiende plaat.
Zo blijkt uit het onderzoek dat ook mensen in de bijstand, binnen gemeenten die versoepelden, nog altijd te maken krijgen met hoge terugvorderingen, Bij de rechter vinden zij nauwelijks bescherming.
De versoepelingen van de regels voor het ontvangen van giften volgen op de landelijke ophef eind 2020 toen een vrouw in Wijdemeren zevenduizend euro bijstand moest terugbetalen omdat ze wekelijks een tas boodschappen ontving van haar moeder. De situatie werd omgedoopt tot de 'boodschappenaffaire', en de Tweede Kamer nam kort daarna een motie aan dat bijstandsgerechtigden tot 1200 euro aan giften mogen ontvangen zonder gekort te worden. Maar de Kamer liet het aan het nieuwe kabinet om de wet te wijzigen. 84 gemeenten wilden daar niet op wachten, en stelden afgelopen jaar zelf een giftenbeleid op of versoepelden hun bestaande regels.
Volgens veel sociaal advocaten, die mensen bijstaan tijdens conflicten met de gemeente, blijkt dat deze versoepeling niet goed uitpakt in de praktijk. Voor mensen in de bijstand kan één fout nog altijd leiden tot een terugvordering van tienduizenden euro’s. Bijstandsontvangers zijn wettelijk verplicht om bij de gemeente alles te melden wat van belang kan zijn voor de hoogte van hun uitkering. Ook onbetaald werk waarmee geld verdiend had kunnen worden, bijvoorbeeld wanneer iemand het haar van familieleden knipt of gratis optreedt als zanger. Wanneer een bijstandsontvanger zo’n gratis dienst vergeet door te geven vorderen ‘strenge’ gemeentes soms wel jaren aan bijstand terug.
Ook liet Kassa in januari 2021 zien dat er onterecht veel gekort wordt op de uitkering door de zogenoemde kostendelersnorm. Gemeenten gingen er ten onrechte vanuit gaat dat hun inwonende kind bijdraagt aan het huishouden, en kortte de bijstand zo drastisch in waardoor tienduizenden ouders met een bijstandsuitkering onder het bestaansminimum terecht zijn gekomen.
De hoogste rechter met betrekking tot bijstandszaken is de Centrale Raad van Beroep. Deze raad stelt dat ze er alles aan doen wat kan om onrechtvaardige uitspraken te voorkomen, maar dat de mogelijkheden beperkt zijn omdat de wet zeer streng is. "We kunnen de wet niet veranderen, maar we kunnen wel de scherpe randjes er vanaf halen", zegt president van de raad, Takvor Avedissian tegen Platform Investico. "Die ruimte zoeken we op waar we dat kunnen, we go to the max".
Hoogleraar bestuurssanctierecht Henny Sackers en hoogleraar socialezekerheidsrecht Vonk zijn het niet eens met deze uitspraak. Zij vinden juist dat de raad zich te makkelijk verschuilt achter strenge wetgeving en dat de rechter wel degelijk beter toetsen wat redelijk is. Momenteel licht er een initiatiefswetsvoorstel dat de plicht tot terugvorderen moet afschaffen, wat de rechter meer ruimte zou moeten geven om te toetsen of een terugvordering wel rechtvaardig is. Initiatiefnemer ChristenUnie verwacht dat deze het komend jaar ingevoerd zal worden.
Bron: Platform Investico
Meld je snel en gratis aan voor de Kassa nieuwsbrief!