Opvoedingslessen van jonge ouders: Klaar voor de start
17-07-2019
•
leestijd 5 minuten
•
100 keer bekeken
•
Hoe pak je de opvoeding nou het beste aan? We vroegen twee jonge ouders het hemd van het lijf over hun opvoedingskeuzes. Hieruit stroomden talloze lessen in de thema’s werk, sociaal leven, normen en waarden, technologie en eten. Maar nu eerst deel 1: de start. Want hoe doe je dat, opvoeden?
Elke*
, 33 jaar, is fulltime ondernemer. Ze maakte de bewuste keuze om vroeg kinderen te krijgen, omdat haar partner een stukje ouder is. Ze schelen namelijk zestien jaar. “Met proberen was het meteen raak,” zegt Elke. In de zomer van 2010, toen Elke 24 was, beviel ze van twee meisjes. “Het leek me altijd al leuk om een tweeling te krijgen. Nou, ik was ook aan de beurt. Toen had ik ineens twee dochters.” Haar dochters zijn nu nét 9 jaar oud geworden.
Rens*
, 36 jaar, is ICT-helpdeskcoördinator. Hij heeft twee kinderen, een meisje van 11 en een jongen van 8. “De oudste is nu al aan het puberen,” vertelt Rens lachend. Omdat hij en de vrouw met wie hij kinderen kreeg gescheiden zijn, ziet hij de kids elke woensdagmiddag na school en om elk weekend.
Jij beviel in 2010 van je kinderen, Elke. Wat herinner je je het meest van die periode?
Elke:
“Ik moest erg schakelen wat mijn levenspatroon betreft. Ook moest ik wennen aan de vrijheid die ik in moest leveren. Het gemak van ‘even de deur uit’ was ineens weg, zeker met een tweeling. Verder was ik vrij jong.” De meeste vriendinnen van Elke, op eentje na, zaten niet in dezelfde fase. “Ik zat een beetje in een spagaat, want ik wilde ook nog lekker stappen.” Elke en haar partner gingen daarom soms nog uit, terwijl een oppas thuis op de kinderen paste. “Maar over het algemeen vond ik het wel goed te doen in het begin, praktisch gezien. De meiden sliepen goed door ’s nachts, dus er was rust in de tent.”
En Rens, wat heb jij in het eerste jaar vaderschap geleerd?
Rens:
“Wat me erg bijstond, is het gesprek dat ik met mijn ouders had over hoe ik van alles moest aanpakken, zoals kamers, zakgeld, scholen, studie.” Wat Rens echt van zijn ouders leerde, is dat kinderen krijgen een keuze is. Als kind kies je zelf niet voor het leven. Daarom zal een ouder zich altijd verantwoordelijk voelen voor het welzijn van een kind. “Als dingen niet goed gaan, kan ik altijd op mijn ouders terugvallen. Dat krijg je heel vroeg mee, maar dat besefte ik pas echt toen ik zelf vader werd. Toen ik dacht: ‘Verdikkeme, wat een geluk. Wat er ook gebeurt, ik kan altijd bij mijn ouders terecht om het erover te hebben. Ze zullen me altijd helpen een oplossing te zoeken.’ Dat verantwoordelijke gevoel heb ik nu bij mijn kinderen ook.”
Zijn er dingen die jullie bewust meenamen uit de opvoeding van jullie ouders?
Elke
neemt vooral het gedisciplineerde mee uit haar opvoeding. Als zij als kind iets deed wat niet hoorde, had dat gevolgen. “Dat is misschien iets uit de Achterhoek. Bij ons thuis was het ‘niet klagen, maar dragen’. Nu mijn kinderen negen zijn, kunnen ze thuis wel een steentje bijdragen.” Zo vraagt Elke haar kinderen af en toe te stofzuigen. “Als ze het niet doen, laat ik blijken dat ik teleurgesteld ben. Maar ik denk wel dat er nu meer uitgelegd wordt over wat het met je doet, bijvoorbeeld als je teleurgesteld bent. Dan weten mijn dochters wel dat ze fout zitten. Dus ik neem veel mee uit de opvoeding van mijn ouders, maar geef daar een moderne draai aan."
Rens:
“Ja, er zijn een paar basiselementen die ik van mijn ouders heb geleerd die ik nu ook aan mijn kinderen doorgeef. Zoals eerlijkheid en samen spelen, samen delen en rechtvaardigheid. Dat soort dingen.”
Waar gaan jullie heen voor opvoedingstips?
Elkse:
“Ik ging wel naar mijn ouders, maar ging ook op het internet kijken. Bij mijn borstontsteking zocht ik: ‘Wat doe je dan?’. Ik vroeg verder tips aan mijn moeder: ‘Wat is wijsheid? En wat moet ik nu doen?’. Soms keek ik op internet van om te zien of er meer mensen zijn die hetzelfde hebben, bijvoorbeeld op fora van moeders. Dan zocht ik: ‘De borstvoeding is teruggevallen. Dat wil ik niet. Wat kan ik doen?’. Dus ik vroeg het aan mensen die al ervaring hadden, zoals mijn ouders, maar ook aan ouders anno nu.”
Rens:
“Ik overleg vaak met andere ouders, mijn ouders, mijn broer of mijn vrienden. Maar verder is het vooral gebaseerd op wat je ziet van hoe het bij anderen gaat. Nou ja, bij iedereen gaat het mis. Maar dan hoor je hoe het bij anderen gaat, bijvoorbeeld hoe ouders zich tegenover hun kind opstellen. Dan denk ik: ‘Hoe kan dat nou?’. Als ik op het internet zoek naar hoe ik iets moet aanpakken, zijn het geen fora die ik bezoek. De grootste helden zitten daar achter het toetsenbord. Ik zoek dan wel naar instanties, zoals Postbus51 of het Nibud.”
Moet de man ook langer verlof krijgen?
Elkes
partner had maar kort zwangerschapsverlof. “Tegenwoordig heb je denk ik een week. Toen was het twee dagen.” Elke moest zelf alleen nog even na de bevalling in het ziekenhuis blijven. Toen ze thuiskwam, moest haar partner al werken. “De eerste week had ik kraamhulp, maar de tweede week was ik alleen thuis. Dat was dan maar even zo. Ik bedoel, we hebben ons gered, maar het was fijn geweest als mijn partner thuis was geweest. Tegelijkertijd zeiden mijn partner en ik wel: ‘Loop je elkaar dan niet in de weg?’. Praktisch gezien was het niet nodig, maar je hebt wel de tijd om samen te genieten, de kraamvisite te ontvangen en extra ondersteuning.” Toch leek het haar wel handig om toen beiden thuis te zijn geweest om de basisdingen te leren. “Van kraamhulp leer je wel echt van alles wat. Van die kleine dingen, waar je zelf helemaal niet bij stilstaat. Je doet alles voorzichtig en bent bang dat je het niet goed doet, want die baby’s zijn zo klein. Het is wel handig dat je net even die kleine, praktische tips krijgt. Dat vond ik prettig. We hadden erg geluk met de kraamhulp. We werden echt in de watjes gelegd.”
Rens
pleit voor een langer vaderschapsverlof. De twee dagen die je vroeger kreeg, is niet genoeg. “Die eerste week of eerste twee weken krijg je kraamzorg. Het is belangrijk dat beide ouders thuis zijn, omdat je dingen leert van een buitenstaander. Dan wordt het niet oma’s trucje of opa’s trucje of jouw moeder, mijn moeder. Je hoort het van iemand die compleet blanco in het gezin staat en alles weet van baby’s en baby’s verzorgen.” Volgens Rens zorgt dat ook voor rust. “Daarom denk ik dat de vader de eerste maand vrij moet krijgen. Een maand is zeer essentieel bij de opstart van: ‘Hoe ga ik een vader zijn?’. Want de eerste drie jaren van een kind – dat las ik een keer ergens – zijn bepalend voor de rest van de kindertijd, voor de relatieopbouw. Ik denk dat ook de eerste maand hierin belangrijk is. Want als je na een maand pas moet leren hoe je een luier vervangt… Ja, dat werkt niet.”
*De namen in dit artikel zijn gefingeerd.
Ben jij nu klaar voor de start? Lees vooral de artikelen die de komende weken over de andere thema’s op de site zullen verschijnen. Hiervan op de hoogte blijven?
Volg ons dan op Facebook
.
Ook je opvoedingstips delen? Stuur een mail naar kassa-online@bnnvara.nl met als onderwerp ‘opvoedingslessen van jonge ouders’. Wie weet komen jouw opvoedingslessen dan in de volgende artikelen voorbij.