Het consumentenplatform van BNNVARA. Kassa is er weer op zaterdag 4 januari met de Belbusspecial!
Alles wat je moet weten over stevia
28-02-2020
•
leestijd 3 minuten
•
2651 keer bekeken
•
Wat is stevia? En hoeveel zoetstof bevat de suikervervanger die uit stevia wordt gehaald? Kassa beantwoordt kijkersvragen!
Onlangs kreeg Kassa op Twitter de vraag of we naar de zoetjes ‘met stevia’ konden kijken. De Kassa-volger gaf aan het onduidelijk te vinden hoeveel ‘stevia’ er precies in de zoetjes zit, omdat er vaak geen percentages worden aangegeven. Ook wordt op ons forum Vraag & Beantwoord gevraagd of er op de verpakking dient te staan dat er een zoetstof is toegevoegd. Kassa schept daarom orde in de stevia-chaos en vertelt je wat je erover moet weten.
Wat is stevia?
Stevia rebaudiana (ook wel honingkruid) is een plant uit Zuid- en Midden-Amerika. De zoetstof uit de steviaplant is een suikervervanger met een natuurlijke zoete smaak, dat ongeveer twee- tot driehonderd keer zo zoet is als suiker. Sinds 2011 mag het in de Europese Unie worden gebruikt en heeft het een E-nummer (E960) gekregen. Voor dit E-nummer gelden dezelfde veiligheidseisen als bij andere E-nummers.
Is stevia een zoetstof?
‘Stevia’ op zichzelf mag echter geen zoetstof genoemd worden. Het zijn juist de steviolglycosiden die aanwezig zijn in stevia die de zoetstoffen vormen. Deze zoetstoffen worden uit de steviaplant gedestilleerd. Zo worden de bladeren van de plant gemalen en geweekt in heet water. Dat wordt vervolgens gezuiverd en gedroogd, totdat er uiteindelijk stevia overblijft.
Onduidelijke termen op verpakking
In het verleden werden er door producenten onduidelijke termen op producten met stevioglycosiden gehanteerd en gingen producenten vaak de fout in. Zo meldde het Expertisecentrum Voedingsmiddelenindustrie (EVMI) in 2012 dat termen als ‘stevia’, ‘met stevia’, ‘met stevia-extract’ of ‘met stevia gezoet’ niet op verpakkingen mogen worden gezet, omdat de zoetstof uit het extract van de steviabladeren en niet van de steviaplant zelf komt.
Ook termen als ‘natuurlijk zoet’ en ‘zoet van nature’ mogen volgens het Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit (NVWA) niet gebruikt worden. Omdat de zoetstoffen onttrokken worden uit stevia, kun je strikt genomen niet zeggen dat ze natuurlijk zijn.
Wat hoort er op de verpakking te staan?
Als er aan een product – bijvoorbeeld frisdank of siroop – zoetstoffen worden toegevoegd, dient dit op een etiket te staan. Vaak wordt een zoetstof als E-nummer vermeld. Verder moet op de verpakking ‘met zoetstof(fen)’ vermeld worden. Hierbij moeten de richtlijnen van de Europese Unie gehandhaafd worden.
Hoeveel zoetstof bevat een product met stevioglycosiden?
Producten die worden gezoet met stevioglycosiden bevatten volgens het Voedingscentrum veelal tot dertig procent minder calorieën dan vergelijkbare producten met suiker. In het algemeen wordt maar een derde van de suiker vervangen door de zoetstof uit stevia, omdat stevia anders een aanwezige nasmaak heeft.
In Europese wetgeving staat vastgelegd in welke producten het gebruik van de zoetstof is toegestaan. Zo mag het volgens het Voedingscentrum nu worden toegevoegd aan light frisdranken, light bier, chocolade, salades, yoghurtdranken, vruchtennectar, ijs, desserts, jam, snoep, kauwgom, soepen, sauzen en zoetjes. Een voorwaarde hiervoor is wel dat dergelijke producten dan minder calorieën of geen toegevoegde suikers bevatten.
Hoe zit het met de percentages stevioglycosiden?
Gezien stevioglycosiden in pure vorm wel twee- tot driehonderd keer zo zoet is als suiker, zijn er draag- of vulstoffen (erytrithol en inuline) nodig om het ‘doseerbaar’ te maken. Daarnaast wordt er aan producten met stevioglycosiden ook vaak antiklontermiddelen en zuurteregelaars toegevoegd.
Echter, een hoger percentage E960 op een verpakking zegt niet altijd dat een product zoeter is, omdat dat op zijn beurt afhangt van de puurheid van de gebruikte stevioglycosiden. Daarnaast verschilt per product hoeveel stevia er wordt gebruikt, afhankelijk van de toepassing van het product.
Wie wel graag de smaak van suiker in zijn of haar koffie wil, maar niet de calorieën, kiest vaak voor zoetjes op basis van stevioglycosiden. In tafelzoetjes die hiermee worden gemaakt staan vaak geen aanwezige percentages genoemd. Een tafelzoetje op basis van deze zoetstof zal echter niet snel voor honderd procent uit stevioglycosiden bestaan, gezien er – zoals eerder gezegd – draagstoffen, antiklontermiddelen, zuurteregelaars en soms zelfs lactose worden toegevoegd. Bij enkele tafelzoetjes is er wel sprake van een ‘hoge zuiverheid’. Hierbij gaat het om producten die een percentage van stevioglycosiden van 95 procent of hoger bevatten.
Bron: Expertisecentrum Voedingsmiddelenindustrie, Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit, Voedingscentrum