Zwitserland heeft het Eurovisie Songfestival gewonnen. Met name de vakjury’s waren zeer onder de indruk van het optreden van Nemo, de eerste non-binaire winnaar van het festival. Dagblad Trouw schrijft:
“Nemo’s optreden was dan ook zeer indrukwekkend. Hen deed acrobatische toeren op een draaiende schijf en zong gelijktijdig vlekkeloos een ingewikkeld liedje met verschillende genres zoals opera, rap en popmuziek.”
Het was een veelbesproken editie van het Songfestival, onder meer omdat de organisatie te elfder ure besloot om de Nederlander Joost Klein uit te sluiten van de finaleshow. Klein werd gediskwalificeerd omdat hij kort na zijn optreden in de halve finale “een dreigende beweging” had gemaakt naar een cameravrouw die hem hinderlijk volgde, ondanks verzoeken om dat niet te doen.
EBU-voorzitter Martin Österdahl werd zaterdagavond herhaaldelijk uitgejouwd. Ook zette een deel van het publiek ‘Europapa’ van Joost Klein in, toen de Israëlische Eden Golan op het podium verscheen. Daarnaast klonk er boegeroep – onder meer op momenten dat Israël punten kreeg.
De beslissing om Israël ondanks de bloedige Gaza-oorlog te laten deelnemen aan het Songfestival, pakte slecht uit. Laurens Bervoets, Songfestival-verslaggever voor de Belgische krant De Morgen, beschrijft de tweespalt die Israël veroorzaakte:
“Achter de schermen wilden sommige artiesten de Israëlische delegatie niet aankijken, enkele Israëlische journalisten probeerden artiesten te jennen, deelnemers werd het zwijgen opgelegd, … Dit zijn allemaal zaken die niemand wil op het volksfeest dat het Songfestival officieel is. Het hoort hier gewoon niet thuis. Dit had allemaal vermeden kunnen worden met één simpele beslissing: Israël niet laten deelnemen. Ik verwacht niet dat we het land volgend jaar zullen terugzien op het Songfestival. Deze deelname heeft het voortbestaan van de muziekwedstrijd in gevaar gebracht, in combinatie met andere incidenten natuurlijk.”