Ik hoor te vaak dat er sprake is van een personeelstekort in de (geestelijke) zorg. Volgens mij zijn er ook andere effecten die een rol spelen bij de keuzes en bemensing in de zorg. Een casus, die niet op zichzelf staat, illustreert dat de organisatie en uitvoering binnen de geestelijke gezondheidszorg nog niet op orde is.
Bij een jeugdige cliënt met hoog suïcide risico, automutilatie, persoonlijkheids- en ontwikkelingsproblematiek en een complexe gezinsdynamiek wordt op advies van de psychiater, die verder buiten beeld blijft, zelfstandigheidsbevorderend beleid gevoerd. Een complexe situatie waarbij nauwkeurig geschakeld moet worden tussen ouders, opnamekliniek, ziekenhuizen, crisisdienst en ambulante zorg. Papier is geduldig maar de werkelijkheid escaleert. Vervolgbeleid zou inhouden een vraag naar speciale woonopvang en klinische behandeling.
Deze omkering zorgt voor onduidelijkheid, wie hakt de knoop door, wie is het aanspreekpunt voor cliënt en omgeving? Het ontbreekt aan regievoering maar ook aan het kunnen delen van de lasten. Terwijl het acute zorgsysteem(politie, ambulance, spoed) bijna wekelijks en soms dagelijks ingeschakeld wordt.
Deze casus laat zien dat het uitblijven van de juiste hulp vanaf de beginfase er toe leidt dat aan de kant van cliënten onvoldoende of onjuiste hulp wordt geboden, wat ernstige en levensbedreigende gevolgen kan hebben. Door het uitblijven van goede interventies worden relatief lichte problemen na verloop van tijd zware problemen, en zware problemen worden niet goed aangepakt, wat vaak neerkomt op pappen en nathouden. Het blijkt dat hulp vaak pas wordt gegeven als er een crisis is.
Door marktwerking, groeide de aandacht voor het verlenen van lichte hulpverlening, met de intentie zo het aantal plaatsen in de complexe geestelijke gezondheidszorg terug te brengen. In de hele geestelijke gezondheidszorg zijn er problemen. Huisartsen klagen over toenemende werkdruk en moeite met verwijzen en wachtlijsten voor moeilijkere casussen. De patiënt, de verwijzer en ggz-instelling zijn de weg kwijt in de wirwar van regels, zorgpaden, financiering en hervormingen. Er is een overkill aan lichte zorg, begeleiding en coaching en een toenemend personeelstekort in vele sectoren in de complexe gezondheidszorg. Tegelijkertijd is het aantal mensen dat een beroep doet op de GGZ sterk toegenomen.
Het grote aantal mensen dat zorg vraagt zou middels een meer structuur biedende sociale context misschien wel beter geholpen zijn. Dat is een welkome oplossing. Hierdoor zou de groep die het hardst zorg nodig heeft beter geholpen kunnen worden
Het geschetste probleem is niet op te lossen met meer financiële middelen. 20 jaar na de grote crisis in de jeugdzorg, moet er iets fundamenteel veranderen. Te beginnen bij de samenleving waarin meer verbinding nodig is en te accepteren dat niet voor ieder imperfect wissewasje hulp nodig is.
Maar ook het systeem van geestelijke gezondheidszorg, moet ontschotten. Een overzichtelijke organisatie die voor alle lagen in de samenleving eenduidig geregeld wordt. Een intake met de juiste diagnose en verwijzing, waardoor tijdig de nodige zorg kan worden gegeven. Daardoor hoeven minder mensen door te stromen naar specialistische zorg.
Bij complexe problemen moet beter worden samengewerkt tussen verschillende betrokken partijen. Zodat cliënten minder van het kastje naar de muur worden gestuurd en de hulp krijgen die nodig is. Na de decentralisaties is er behoefte aan eenduidigheid en professionals die met de voeten in de maatschappelijke modder hun verantwoordelijkheid nemen. Weg van de marktwerking en zzp’ers met hun uurtje factuurtje mentaliteit. Kortom: De meest deskundigen met de voeten aan het front, vanuit een voor heel Nederland eenduidige organisatie structuur.