Bij het aantreden van Rutte-IV moest Wopke Hoekstra – tegen zijn zin – zijn ministerspost op het ministerie van Financiën opgeven. Vervelend voor de ambitieuze Hoekstra, maar een zegen voor de schatkist. Tijdens zijn verblijf op Financiën nam de CDA’er namelijk een paar uiterst onfortuinlijke beslissingen.
Zo trok Hoekstra in 2019 maar liefst 744 miljoen euro uit om aandelen Air France-KLM te kopen. De investering werd een debacle. De Rekenkamer tikte Hoekstra op de vingers omdat de aanschaf in strijd was met de wet en een jaar later was het grootste deel van de belegging – een half miljard – alweer in rook opgegaan. Door de uitgifte van nieuwe aandelen in 2022 verwaterde het belang ook nog eens.
Zo ‘daadkrachtig’ als Hoekstra was bij Air France-KLM, zo weifelend was hij bij ABN Amro. De bank werd in 2008 genationaliseerd tijdens de kredietcrisis. In 2019 kwam een uitgelezen moment voorbij om de aandelen weer van de hand te doen, schrijft het FD:
“In 2019 stond de koers heel even op een punt waarop de Staat bijna quitte had kunnen uitstappen, maar toenmalig minister van Financiën Wopke Hoekstra (CDA) deed dat niet. Tijdens corona in 2020 stortte de koers in en maandag sloot het aandeel op €13,20, ver onder de introductiekoers.”
Hoekstra liet de kans lopen en inmiddels staat de overheid weer op een verlies van 6,7 miljard euro. De kans dat de staat het verlies ooit nog gaat goedmaken, is klein volgens Hoekstra’s opvolger, Sigrid Kaag. Om quitte te spelen moet de overheid de resterende aandelen verkopen voor 28,74 euro per stuk. “Het is niet realistisch dat een dergelijke koers op korte termijn bereikt zal worden.”