Op de Faeröer-eilanden is met afschuw gereageerd op het afslachten van bijna 1500 dolfijnen. Het gaat om het grootste bloedbad in de geschiedenis van de ‘Grindadráp’, de griendenjacht. Het vorige record dateert van 1940 toen er 1200 dieren bij de jacht werden gedood.
De bijna 1500 dolfijnen werden zondag richting het ondiepe water bij het Skálabotnur-strand gedreven. Daar spartelden ze urenlang tot ze werden afgemaakt. Behalve tegenstanders van de Grindadráp, zoals Sea Shepherd, keren nu ook traditionele voorstanders van de jacht zich tegen het “gruwelijke en onnodige” bloedbad, schrijft The Guardian.
Heri Petersen, voorzitter van de lokale griendenjachtclub, stelt dat er veel te veel dolfijnen werden opgejaagd en dat het veel te lang duurde voor de dieren uit hun lijden werden verlost. “Ik ben geschokt door wat er is gebeurd.” Ondanks het ongekende bloedbad van dit jaar blijven veel inwoners van de Faeröer-eilanden vasthouden aan de ‘traditie’, meldt de VRT.
"Voorstanders spreken van een duurzame manier van voedselinzameling, rechtstreeks uit de natuur, en zien het als een belangrijke deel van een culturele identiteit. “Beter dan koeien of varkens gevangen houden”, klinkt het."
Bekijk hieronder hoe het er dit weekend aan toeging. Pas op: de beelden zijn schokkend.
Geen video? Pas je cookie-instellingen aan of klik hier.