Kunnen we deze gevoelens van nabijheid, urgentie en gezamenlijkheid vasthouden?
Daar zijn we dan: een vreselijke oorlog in Europa. Het raakt diep. De eilandjes van hoop, moed en positieve energie die we vonden sinds de pandemie wat kalmer geworden is, worden overspoeld met onheil en onrust – zonder dat we ergens mee kunnen helpen.
Ik weet weinig te schrijven over wat we nu kunnen doen. Maar ik zie wel hoeveel we mogen voelen. “Politici laten zich meeslepen door hun gevoelens”, beschreef een reporter de situatie in het Europees Parlement. Ik proef overal bereidheid om een offer te brengen en een prijs te betalen zolang het de macht van Poetin kan verminderen. Je kunt lachen om mensen die nu koud gaan douchen of de verwarming laag zetten om gas te besparen, maar is dit niet juist de enige goede reactie die je kunt hebben? Het voelt toch niet lekker om mee te betalen aan de raketten die op woonwijken afgevuurd worden?
Te zien hoe bereid we zijn tot een offer, geeft me moed. Ik dacht namelijk zo vaak dat het systeem niet te remmen is. Dat we de slavernij in kledingfabrieken wel moeten accepteren, net als het gif op onze groenten, het plastic in de zee en het lijden van dieren in de megastallen. Omdat het systeem te complex, te groot, te machtig is. Maar dat is dus niet waar. We zien nu dat we kunnen stoppen, veranderen, het roer omgooien. Als we de waanzin zien, als onrecht echt voelbaar wordt – dan trekken we de stekker eruit!
Het lukt ons nu om alles wat naar Poetin ruikt uit te kotsen. Kunnen we dat ook bij zaken die minder tastbaar zijn? Kunnen we bijvoorbeeld iets voelen als er dieren uitsterven die nog niet eens een naam hebben gekregen? Of als we het leven verpesten van een generatie die nog niet eens is geboren? Hiervoor zijn vormen van nabijheid nodig. Voor mij was de burgeroorlog in Syrië nabij omdat ik daar vaak kwam. Oekraïne is ook voelbaar dichtbij. Maar de bouwvakkers in Qatar, de Oeigoeren in China, kinderen in Gaza en al die anderen zijn dat, voor veel mensen, veel minder.
Nabijheid. En urgentie. Want Oekraïne speelt NU. Dus het is NU tijd om gaskranen dicht te draaien en Russische miljardairs hun brievenbusfirma op de Zuidas te ontzeggen. Voor andere vormen van onrecht zal er echter niet een dergelijk urgent en shockerend moment komen. Het is structureel… en dat is lastig.
Okee. Nabijheid en urgentie. Maar ook: gezamenlijkheid. In je eentje de kachel uitzetten heeft niet veel zin. Gezamenlijkheid is cruciaal. En dat ontstaat als fundamentele waarden geschonden worden zoals Putin dat nu doet. Deze drie aspecten dus: nabijheid, urgentie en gezamenlijkheid. En daarmee verbonden: voelen, denken en handelen. Daarmee kunnen we grote veranderingen in gang zetten.
Nabijheid: kunnen we voelen hoezeer we verbonden zijn? We zijn doorgaans niet handig met gevoel. Maar kunstenaars wel. Zij kunnen hierbij echt een rol spelen. Verbinding maken tussen wat we zien, wat we voelen en hoe we denken. Daarom zijn concerten, samenkomsten, rituelen zo hard nodig nu. Maar nog belangrijker: Kun jij zelf voelbaar maken wat jou dierbaar is, en dat delen met je omgeving?
Urgentie: wat komt boven aan ons denken? Hiervoor is het belangrijk om een datum, een deadline, een grens te zien. Een heldere lijn die duidelijk maakt wanneer belangrijke waarden geschonden worden. Als we het over de toekomst hebben voeren we vaak allerlei discussies over wat er wel of niet moet gebeuren. Maar kunnen we uitspreken welke principes heilig zijn? En hoe die principes bewaakt kunnen worden? Hiervoor zijn vormen van autoriteit nodig. Steun aan mensen met stevige kennis zoals wetenschappers en onderzoekers. Vertrouwen in het werk en observatievermogen van journalisten. En aandacht voor een gezonde democratie. Hier is werk aan de winkel. Kunnen we de wetenschap, journalistiek en democratie steunen en versterken?
Gezamenlijkheid. Hoe doe je iets minder alleen? Door een groter verhaal te vertellen, waar jijzelf en anderen een rol in spelen, kunnen we zien hoezeer we verbonden zijn. Die verhalen zijn vaak ondergeschikt aan actualiteit, incidenten en discussies, en dat is zonde. De ruimte voor cultuurpodia en verhalenvertellers zullen we veel groter moeten maken. En vervolgens zullen we een groot, verbindend verhaal ook moeten ervaren door samen in actie te komen. Niet (alleen) bij een demonstratie of een groot feest, maar ook bij dingen die we samen, in de buurt waar we wonen, kunnen ondernemen.
Het is geen medicijn tegen de onmacht en woede die nu zo voelbaar zijn. Maar wel een mogelijkheid om een weg voor ons te zien waarop we, gedreven door directe zorg en betrokkenheid voor Oekraïne, nu stappen op kunnen zetten.