We accepteren geen oude wijn en zeker geen oude zakken
Nog één nachtje slapen en dan zullen wij weten welke list de zeventien leiders van de Eurolanden hebben verzonnen om onze munt en ons bestaan te redden. Zou het meer zijn dan een doekje voor het bloeden? Die vraag mochten Mathijs Bouwman van RTLZ en oud-staatssecretaris van Financiën Willem Vermeend maandagavond bij DWDD beantwoorden.
Vermeend beperkte zich voornamelijk tot zijn gebruikelijk geschater, maar Bouwman voorspelde een sombere toekomst. Hij had het zelfs even over een flappentap waar geen geld meer uitkomt. “Zeg het nou”, dacht ik. “Zeg het nou!” Maar Matthijs van Nieuwkerk noch Jan Mulder maakten zich tot tolk van mijn nieuwsgierigheid.
“Bouwman, heb je al een kelder met blikgroente en een geweer om je voorraad te verdedigen? Wordt het tijd om de supermarkt leeg te kopen, nu het nog kan?” Vermeend schokschouderde nog eens van het lachen en riep: “Aan de slag.”
Daar werd het publiek wel banger, maar niet wijzer van. Toch valt er over de komende list van de zeventien één ding wel te voorspellen: de belastingbetalers, dat wil zeggen de gewone burgers, gaan voor het uitvlakken van dit akkefietje de portemonnee trekken. Juist de mensen die geen schuld hebben aan de financiële chaos, worden er op afgerekend.
Dezer dagen schreef ik dat allerlei belanghebbenden een spel op de wagen hebben gezet om de burgers collectief de schuld te geven van wat er nu in de hallen van de macht en de kantoren van de CEO’s aan shit op tafel komt. En dat wij dat niet accepteren.
Dit laat onverlet dat het uiteindelijk de inspanningen van de gewone burgers zijn, hun verdiensten, waaruit de redding van munt en economie gefinancierd zal worden. Daar valt niet aan te ontkomen. Om het eens heel ouderwets te zeggen, heel vroeg twintigste eeuws: als puntje bij paaltje komt, mag de arbeidersklasse het varkentje wassen.
Moeten wij, gewone mensen, bereid zijn de last van de crisis op onze schouders te nemen?
Uiteindelijk is het ons land en onze maatschappij. Nu het moeilijk wordt, horen wij dan ook onze verantwoordelijkheid te nemen.
Maar wel onder voorwaarden. Alleen als het ons heel beleefd gevraagd wordt. En uitsluitend als wij niet de indruk krijgen dat de veroorzakers van de crisis uit de wind worden gehouden. En ook onder geen beding als de bolleboffen van het afgelopen decennium zich ineens als redders presenteren. Het schijnt dat in Den Haag – hoe arrogant en zelfingenomen kun je zijn? – al wordt gespeculeerd over kandidaten voor de functie van de mogelijk nieuw te creëren eurocommissaris voor financiële discipline: Gerrit Zalm en Jan Peter Balkenende. Het track record van beide heren wettigt niet een benoeming in zo’n functie.
Als het er alleen maar om gaat het bestaande systeem – misschien met enkele kosmetische wijzigingen en het aanwijzen van één, hooguit twee zondenbokken – te restaureren, dan valt daarover niet te praten.
Wat mij betreft wél als het er aantoonbaar om gaat de samenleving tegen verarming te beschermen. Dat maakt ongetwijfeld een radicale hervorming van het bank- en verzekeringswezen noodzakelijk die de instellingen dienstbaar maakt aan de echte economie, aan de bedrijven die dingen maken, aan het MKB, aan onze handelsondernemingen.
Maar wij willen geen oude wijn en zeker geen oude zakken. Voor niks gaat de zon op. Laten we hieronder eens wat suggesties doen voor het tegenbod: de voorwaarden waaronder wij, gewone Nederlandse burgers, wij, spaarzame mensen met onze bescheiden dromen, bereid zijn mee te werken om de financiële kar uit de modder te trekken.