Johan Rudolf Thorbecke, de grondlegger van ons staatsbestel, vond het een instelling ‘zonder grond of doel’.
De vier coalitiepartijen kunnen met een beetje mazzel een meerderheid halen bij de komende Tweede Kamerverkiezingen. Ze zouden dan verder kunnen regeren zonder dat er veel verandert. Maar er is naast een Tweede ook een Eerste Kamer. Daar hebben VVD, CDA, D66 en ChristenUnie in elk geval te weinig zetels. Ze komen er zes tekort. En dat blijft voorlopig zo, want de senaat wordt pas over ruim twee jaar herkozen.
Het zou voor de coalitie dus riskant zijn om ongewijzigd door te regeren. Elk wetsvoorstel kan dan in de Eerste Kamer sneuvelen omdat het kabinet er geen meerderheid heeft. Die situatie is alleen te veranderen door een deel van de huidige oppositie in de regering op te nemen. Het heeft iets oneigenlijks dat de Eerste Kamer op deze manier het verloop van de kabinetsformatie kan bepalen. Haar samenstelling is immers helemaal niet het onderwerp van de verkiezingen. Sterker nog: stemgerechtigde burgers kunnen de Eerste Kamer niet eens kiezen, althans niet rechtstreeks. Dat gebeurt door de (wel rechtstreeks gekozen) Provinciale Staten. De kiezer heeft alleen via een omweg invloed.
Nog los van het gebrekkige democratische mandaat van de Eerste Kamer kun je je ook afvragen wat de betekenis is van dit instituut. De senaat betitelt zichzelf graag als een ‘chambre de réflexion’, die nog eens in alle rust nadenkt over de voorstellen die in de Tweede Kamer zijn goedgekeurd. Maar dat staat niet in de grondwet. Daarin is alleen vastgelegd dat de Eerste Kamer moet instemmen met wetsontwerpen die in de Tweede Kamer ook al zijn goedgekeurd. Ze heeft daarbij minder bevoegdheden dan de Tweede Kamer. Ze mag bijvoorbeeld geen wijzigingsvoorstellen indienen. Maar ze kan wetten wel afkeuren. Die halen dan niet het Staatsblad.
De Eerste Kamer wordt minder belangrijk geacht dan de Tweede. Ze vergadert in principe maar één dag per week (de Tweede Kamer drie). De senatoren krijgen ook een aanzienlijk lagere vergoeding (circa 32000 euro per jaar, tegen zo’n 120.000 euro aan de ‘overkant’). Je hoort het zelden iemand openlijk toegeven, maar senatoren zijn vaak politici in hun nadagen, die voor het echte werk te oud worden geacht. Hun gemiddelde leeftijd ligt een stuk hoger dan die van Tweede Kamerleden. De bijnaam ‘het knekelhuis’ voor de Eerste Kamer spreekt boekdelen.
Heel wat politieke partijen twijfelen dan ook aan de toegevoegde waarde van de senaat. Sommige hebben ooit geopperd de Eerste Kamer maar op te doeken of om te vormen tot een adviesorgaan of iets dergelijks. Een concreet initiatiefvoorstel van die strekking is mij echter niet bekend. Het zou ook niet meevallen dat aanvaard te krijgen, want daarvoor is een grondwetswijziging nodig. En die moet uiteindelijk met een meerderheid van twee derde worden aangenomen in zowel Tweede als Eerste Kamer. De senaat moet dus over zijn eigen opheffing beslissen.
Het bestaansrecht van de Eerste Kamer wordt al heel lang betwist. Johan Rudolf Thorbecke, de grondlegger van ons staatsbestel, vond het een instelling ‘zonder grond of doel’. Bij de befaamde grondwetswijziging van 1848 wilde hij haar afschaffen, maar uit vrees voor te veel weerstand liet hij dat maar achterwege.
Sindsdien zijn er wel pogingen gedaan om de functie van de senaat ter discussie te stellen. In 2014 nog, toen VVD-senator Loek Hermans voorstelde een staatscommissie eens goed te laten kijken naar de werking van het parlementaire stelsel. Hermans zei het niet met zoveel woorden, maar hij hoopte stiekem dat die staatscommissie haar pijlen op de Eerste Kamer zou richten. De commissie (onder leiding van Hermans’ partijgenoot Johan Remkes) focuste echter vooral op de invoering van een correctief referendum. Over de Eerste Kamer had Remkes het maar zijdelings. Niet iedereen zal daarmee blij zijn geweest.
Overigens moet ik erkennen dat de wankele positie van het kabinet in de senaat tot dusver niet voor grote politieke problemen heeft gezorgd. Niet bij Rutte III en ook niet bij Rutte II en I, die er evenmin een meerderheid hadden. Rutte IV (of welk kabinet er ook in aantocht is) zal het vermoedelijk ook wel redden, want als puntje bij paaltje komt toont de Eerste Kamer zich doorgaans inschikkelijk. Maar is dat een reden om haar dan maar met rust te laten?
Toen de Sovjetunie alle afwijkende literatuur de illegaliteit, de 'samizdat' in dwong, stonden alle westerse politici vooraan om te roepen "Zoiets zou bij ons nooit voorkomen, wij zijn zeer open en zeer tolerant." Dit indachtig, hierbij dan het verzoek aan de schrijver om ook kennis te nemen van het boek "Kwaad". Dat is 2/2 uitgekomen en het uitbrengen van dit apocriefe werk lijkt toch niet helemaal te zijn geland in de media.
Dit verhaal spreekt me zeer aan. C'est le ton qui fait la musique!
Dat betekent niet dat je je geld niet moet besteden aan het ook feitelijk helpen van kwetsbare mensen, maar de manier waarop maakt veel uit.
Dat heeft me ook zo mateloos geïrriteerd aan Rutte-Samsom: Nóóit een bemoedigend woord van het kabinet Rutte-Samsom voor het leger crisiswerklozen. Nooit een oproep aan werkend Nederland om rond die echte slachtoffers van het neoliberalisme te gaan staan.
Maar wel eindeloos tamboereren op die hardwerkende Nederlander, die het er niet bij laat zitten en die daarom onze niet aflatende steun en een hele ceel aan douceurtjes verdient.
Daarmee feitelijk implicerend dat uitkeringstrekkers toch eigenlijk maar uitvreters zijn. Uitvreters die je gerust mag rondschoppen en tussen de raderen van een doelbewust complexe regelgeving dol mag draaien.
Ik hoop van ganser harte dat de kiezer binnenkort met hen afrekent.
Als Arjan Vliegenthart gelijk had was niet de PVV maar de SP de grootste partij. En hoewel het kiezerspubliek deels rouleert tussen de SP en PVV is de SP drie maal kleiner dan de SP. Mensen kiezen ook geen PVV voor de problemen in de zorg, of vanwege de harde manier waarop de overheid met bijstand omgaat, of vanwege de flexibilisering van de arbeidsmarkt.
Mensen stemmen PVV omdat zij geen allochtonen in de buurt willen, geen vluchtelingen in nederland, een hek om het land, moskeeën dicht en de gulden terug. En slechts op enkele punten is de SP de kiezers van dienst. Maar de PVV levert het hele pakket. Daarom is de PVV drie maal groter dan de SP.
Daarom kletst Arjan Vliegenthart uit zijn nek. En ik beweer zeker niet dat alles wat hij beweert onwaar is. Want de bejegening van de burger door de overheid kent een hoog hufter gehalte. Het gekke is dat als je ambtenaren daar zelf op aanspreekt dat ze dat niet eens zien, de onredelijkheid van hun eigen gedrag. Maar de meeste gemeenten zijn van mening dat zij de burger van dienst moeten zijn en in de praktijk komt er weinig van terecht. Het idee van de volstrekt zelfredzame burger heeft ook weinig overeenstemming met de praktijk. Bij een groot deel van de bevolking is de zelfredzaamheid helemaal niet zo groot.
Een aanvraag voor bijzondere bijstand moet in Rotterdam met een formulier van 18 bladzijden. En vervolgens kan er nog 18 bladzijden bewijsmateriaal bij. Een dossier bijstandsaanvraag kan ruim 200 bladzijden zijn die een aanvrager moet indienen. En in de procedure gaat iedere ambtenaar ervan uit dat een aanvrager kan frauderen. De werkelijkheid is niet zo prettig.
Maar iedere politieke stroming streeft naar een normale menselijke benadering. Daarin is de SP niet uniek. De PVV is wel uniek, want die streeft naar uitsluiting van iedereen die niet autochtoon is. En de mensen die op de PVV stemmen willen dat ook.
Daar ben ik het mee eens. Er lopen twee dingen door elkaar in het verhaal van Vliegenthart, die jij hier netjes uit elkaar haalt. Voor het tweede vraagt Vliegenthart terecht aandacht, maar zijn oplossing, een luisterend oor, is echt veel te mager.
Alleen met je opmerking dat iedere politieke stroming naar een normale menselijke benadering streeft ben ik het echt niet eens. Hoe verklaar je dan dat de VVD van zins is om mensen met een bijstandsuitkering 5% achteruit te laten gaan door ze hun vakantiegeld af te pakken?
@ Friedrich Feuerbach
Ik snap wat je bedoeld. Met name ten aanzien van de uitkeringen houdt de VVD er hele rare opvattingen op na. Die ook nog eens geheel contraproductief zijn, want het helpt mensen niet aan het werk. Dus zij zitten ook op de grens van wat je een normale menselijke benadering kan noemen. Maar nog niet ver er overheen. Maar je gaat inderdaad wel erg aan ze twijfelen. Ook dat invechten vind ik een geheel idioot idee.
U begrijpt het verkeerd denk ik. Heel veel mensen die op PVV stemmen doen dit niet omdat ze de Moslims uit het land willen hebben, maar doen dit omwille van de dikke middelvinger van Geert Wilders naar de rest toe. Men vind de rest vaak al zo erg dat ze het Moslim deportatie standpunt (voor zover je het daar over kan hebben) maar voor lief nemen.
Het is op ten duur een kwestie van prioriteiten en hoe langer burgers zich niet gehoord voelen, des te groter de behoefte van die middelvinger wordt.
Dat zou de SP-wethouder wel willen: dat er beter geluisterd wordt naar de schreeuwers. Hij leert zijn achterban maar dat ze om gehoord te worden moeten leren om hun mening beter gearticuleerd te uiten. En anders luistert de overheid hooguit naar ze in de hoedanigheid van hulpverlener maar never nooit niet als naar gelijkwaardige burgers, want daartoe moeten de schreeuwers en hun vertegenwoordigers zich eerst maar eens opvoeden.