Natuurlijk komt het omdat ik als kind gevaccineerd ben tegen humor maar ik had meer het gevoel naar een documentaire te kijken dan naar een comedy
Zondag liep ik door het centrum van de stad en ik zag dat het druk was. Heel veel mensen in volle straten, de meesten zonder mondkapje. Je hoorde omikron als het ware in z’n tentakeltjes wrijven. Ik maakte een foto. Om te laten zien hoe het was. Het was geen selfie maar ik zag toch meteen mezelf. Daar stond ik, temidden van de massa, er onderdeel van te zijn. Zonder mondkapje. Ik stopte mijn iPhone weer weg met een gevoel van ongemakkelijkheid. De hel, dat zijn misschien de anderen, om met Sartre te spreken, maar er wordt nooit bij gezegd dat je dat alleen kunt weten door zelf de hel te zijn.
‘s Avonds keek ik naar Don’t Look Up , de veelbesproken Netflix-productie die het talmen over de klimaatcrisis aan de kaak stelt. Een stel Amerikaanse wetenschappers ontdekt dat een komeet recht op aarde afstevent. Totale vernietiging dreigt als er niet direct gehandeld wordt. Ze trachten alarm te slaan. De film gaat over hoe media, politiek en bevolking reageren. Weifelen, ontkennen, bagatelliseren. Tot in het absurde.
Op sociale media, die digitale meetlat voor elkanders gedrag, zag ik enthousiaste reacties. Misschien dat mijn verwachtingen daardoor te hoog waren maar er volgde een grote teleurstelling toen ik ging kijken. Allereerst kon ik geen enkele keer lachen om wat ik zag. Natuurlijk komt het omdat ik als kind gevaccineerd ben tegen humor maar ik had meer het gevoel naar een documentaire te kijken dan naar een comedy. De zogenaamde overdrijvingen van hoe achterlijk praat- en nieuwstelevisie is, kwamen op mij helemaal niet over als gechargeerd. Het zijn precies de redenen waarom ik als kijker al lang geleden bij dat soort programma’s ben afgehaakt.
De Amerikaanse president werd vertolkt door Meryl Streep. Ze speelt een soort Trump. Ook hier weer: geen overdrijving in haar rol, al is dat door de makers wel zo bedoeld. Er zijn mensen die zich vrolijk kunnen maken over de stupiditeit en slechtheid van die figuren – “popcorn erbij!” – maar mij is het lachen daarover vergaan. Dat is het probleem met types als Trump. Satire kan hen niet meer raken omdat ze zich buiten iedere norm plaatsen. Je kunt om ze lachen maar zij lachen altijd harder.
De kwade genius in het geheel is een soort Elon Musk: gestoord, slecht en visionair. En weer is de echte versie angstaanjagender dan die van de film.
De wetenschapper, gespeeld door Leonardo Di Caprio, is een wat schlemielige ambtenaar die plots terechtkomt in de wereld van celebrities en valt voor alle verleidingen die daarbij horen. Hij is als het ware de burgerman die het goed bedoeld maar toch niks klaar maakt. Tja. Ook al ver van het kijkersbed.
Zijn assistent Jennifer Lawrence is het ware geweten. Deze jonge studente neemt geen blad voor de mond, schreeuwt live op tv waar het op staat en wordt door de wereld weggezet als gestoord. Ze is Greta Thunberg. Maar terwijl die klimaatactiviste zich totaal niet uitzinnig gedraagt en een wereldwijde beweging op gang bracht, wordt Lawrence neergezet als een fringe figuur die zich terugtrekt met wat skaters. Gemarginaliseerd door de makers.
Het probleem met Don’t Look Up is dat de film geen enkel ongemak bezorgt. Het is een soort apies kijken. De kijker wordt gespaard. Het is allemaal erg, de media zijn schandalig, de politiek een zooitje en de activisten wereldvreemd. De vraag hoe dat komt, wordt vermeden en ik weet wel waarom. Het komt door het scherm waar je naar zit te kijken. Je kijkt naar de anderen. O wat zijn ze toch dom, slecht, onhandig. Precies wat je altijd al dacht.
Daarbij moet ik aantekenen dat ik een afkeer van Netflix heb. Ik plaats die in het rijtje van YouTube en Facebook, systemen die aantrekkelijk lijken maar waarvan je je pas op het moment dat het al te laat is realiseert dat ze verwoestend zijn.
Netflix mag een verademing lijken in de VS waar televisie door de commercie verworden is tot een medium dat mensen vooral dom houdt, het is een zich ontvouwende ramp voor landen met een goede publieke omroep. Met een paar peperdure hitseries worden kijkers gelokt, die verder tamelijk waardeloze rotzooi voorgeschoteld krijgen of programma’s die zijn aangekocht van de publieke omroep, zodat de kijker er nog een keer voor betaalt. Wie zich eenmaal abonneert zit er in opgesloten want waarom zou je nog elders zoeken. Netflix doet met de publieke omroep en tv wat Facebook deed met de media en kranten. We kennen het resultaat.
Meteen in het begin van Don’t Look Up wordt er een sigaret opgestoken. Volgens enthousiaste kijkers is dat om duidelijk te maken dat klimaatonderzoek net zo om zeep geholpen wordt door de fossiele industrie als medisch onderzoek naar de schadelijkheid van roken door de tabaksindustrie. Dat kan zijn maar ik zag iets anders. De hoeveelheid gerook in Netflix-producties was voor mij ooit een van de redenen mijn abonnement op te zeggen. Hebben we de tabaksindustrie net bijna overwonnen, sluipt die langs deze weg je huis weer binnen. Waar rook is, is vuur zo te zeggen, opgestookt door de miljarden die de tabaksindustrie besteedt om de wereldbevolking verslaafd te houden. Ze zijn sluwer en gewetenlozer dan je voor mogelijk houdt.
Dat is het probleem met Don’t Look Up. De film is onderdeel van het systeem en de wereld die het bekritiseert. Het volgt een beproefde Hollywood-methode. Het houdt je een herkenbaar kritisch beeld voor dat je als kijker een verontrust maar goed gevoel geeft. Je wordt bevestigd in je gelijk. Maar tegelijkertijd voor de gek gehouden. Netflix is voor de traditionele massamedia wat vapen is voor roken. Of wat Elon Musk is voor de fossiele energie: een alternatief dat net zo erg is. Netflix is Don’t Look Up. Je moet immers wel naar het scherm blijven kijken.