Een motie van SP-fractievoorzitter Jimmy Dijk om de regels voor bankiersbonussen niet te versoepelen, wordt door een ruime Kamermeerderheid gesteund. Tegen het zere been van coalitiepartijen VVD en BBB die de strenge regels juist willen loslaten. Ook hun coalitiegenoten PVV en NSC stemden tegen een versoepeling van de regels. Dat meldt het Financieel Dagblad.
De krant schrijft:
De aangenomen motie 'verzoekt het kabinet de huidige bonusregels voor de financiële sector niet te verzwakken' en wijst daarbij op de financiële crisis in 2008, toen de overheid tientallen miljarden moest uittrekken om banken en verzekeraars van een dreigende ondergang te redden. Een parlementaire enquête die een paar jaar later volgde, onder voorzitterschap van Jan de Wit (partijgenoot van Dijk), concludeerde dat er stevige grenzen moesten worden gesteld aan financiële prikkels in de sector.
In de nasleep van de financiële crisis voerde Nederland het strengste beloningsbeleid voor de financiële sector van Europa in. Dit gebeurde onder toenmalig minister van Financiën Jeroen Dijsselbloem (PvdA). De bonus mag sindsdien maximaal 20 procent van het vaste salaris bedragen. Elders in Europa is dat na de crisis begrensd op 100 procent. De VVD levert met Eelco Heinen voor het eerst in jaren weer een minister van Financiën. Die partij staat erom bekend graag de oren te laten hangen naar de financiële sector.
Al langere tijd wordt vanuit de banksector druk uitgeoefend op politiek Den Haag om de teugels wat te laten vieren. De Nederlandse regels omtrent de bonussen zijn sinds de financiële crisis van 2008 strenger dan wat de Europese Unie voorschrijft. Vanuit de sector klinkt het bekende riedeltje dat er door de beperkingen geen goede topbankiers meer kunnen worden gevonden en dat bestuurders ervoor kiezen het land te verlaten. Raymond Zaal, onderzoeker en docent financiële ethiek aan de Rijksuniversiteit Groningen, zei eerder al in NRC dat daar helemaal geen sprake van is.
Een meerderheid van de Kamer is er niet gerust op dat topbankiers zich kunnen inhouden en na een versoepeling niet alsnog torenhoge bonussen gaan uitkeren. Critici wijzen er daarnaast op dat in de bankensector wel met een heel beperkte blik naar de invulling van de topfuncties wordt gekeken. NRC schrijft:
Hoewel banken genderdiversiteit belangrijk zeggen te vinden, worden er bijvoorbeeld nog altijd voornamelijk mannen benoemd, zo bleek in 2022 uit een analyse van persbureau Bloomberg. Van de dertig grootste Europese banken verving tussen 2020 en 2022 de helft de bestuursvoorzitter. Geen van hen benoemde een vrouw.