Onderzoeksbureau McKinsey berekende vorig jaar dat de achterstand van vrouwen op de arbeidsmarkt de Nederlandse economie miljarden kost
In de ziekenhuiszorg is er op 20 november een grote landelijke staking voor meer loon en minder werkdruk. Het onderwijs staakt daar vandaag voor. In beide sectoren is het overgrote deel van de werknemers vrouw.
Het is terecht dat verpleegkundigen en leerkrachten zich ondergewaardeerd voelen in hun werk. Daarbij hebben ze vaak last van de druk, om werk en privé te combineren. Want naast hun veeleisende baan zijn er nog tal van verzorgende taken thuis, waar vrouwen voor het grootste deel voor opdraaien. Moeders besteden twee keer zo veel tijd aan de zorg voor kinderen als vaders. Nederland investeert relatief weinig in de (opvang)voorzieningen voor kinderen ten opzichte van andere Europese landen.
Gendergelijkheid gaat achteruit De zorgeconomie leunt vrijwel volledig op de schouders van vrouwen, zowel in het betaalde werk als in het onbetaalde werk. Onderwaardering treft ook vrouwen meer dan mannen – naast de algemene onderwaardering voor het vak. Vrouwen verdienen gemiddeld 15% minder per uur dan mannen, bleek maandag weer uit nieuwe cijfers van de Europese Commissie. Daarmee bungelen we onder heel veel andere landen in Europa. Voor soortgelijk werk is de kloof in Nederland nog altijd 6%. Vooral de geboorte van een eerste kind is een keerpunt in loon. Moeders verdienen daarna gemiddeld 39% minder dan vaders, zo onderzocht CPB.
Vandaag is het Equal Pay Day maar voeren we actie voor het onderwijs. Morgen – donderdag 7 november – vragen we als FNV aandacht voor de loonkloof.
Nederland zakte onlangs twee plaatsen op de Gender Equality Index van het Europese instituut voor gendergelijkheid (EIGE), omdat gendergelijkheid hier achteruit gaat. Dat komt vooral doordat Nederland kampioen deeltijdwerken is, maar ook onderwerpen als geweld en intimidatie, topposities en inkomen spelen mee. De reden dat vrouwen in deeltijdwerken wordt de laatste tijd vooral bij vrouwen zelf gezocht. Het is de Nederlandse cultuur, de vloer plakt zo lekker of vrouwen drinken lievere rosé op een terras dan geld te verdienen voor het gezin. Denigrerend wordt dan gesproken over balanstrutjes.
Deeltijdmodel Wij zien als FNV een hele andere realiteit bij veel vrouwen. Vrouwen in deeltijd werken vaak hard, zowel op het werk als thuis. Bovendien is deeltijdwerk voor vrouwen ook door de jaren heen gepropageerd door de overheid en, toegegeven, ook door werkgevers- en werknemersorganisaties. De hele samenleving is gevormd naar het deeltijdmodel, waardoor de keuze vóór vrouwen wordt gemaakt. Het verlof is in Nederland beperkt, de kinderopvang wordt ondanks de investeringen in kwaliteit niet positief ervaren en veel scholen werken nog met ouderwetse schooltijden die moeilijk te combineren zijn met betaald werk.
Kentering Maar er is wel een kentering te zien. Het kostwinnersmodel is inmiddels vervangen door het anderhalfverdienersmodel. Met name bij hoogopgeleiden is in de Emancipatiemonitor te zien dat mannen en vrouwen de zorgtaken eerlijker verdelen én dat de positie van vrouwen op de arbeidsmarkt gelijker wordt. Steeds meer (wel vaak hoogopgeleide) vaders willen na de geboorte van hun kind ook een dag in de week thuis zijn. De uitdaging is om deze positieve ontwikkeling voor de hele samenleving door te zetten. Daarvoor is de overheid aan zet. De ‘boete’ op moederschap moet weg. De overheid moet zorgen voor een samenhangend stelsel van betaald verlof en goede kindvoorzieningen. En moderne schooltijden die rust geven voor kinderen en ouders.
Meer uren deeltijders Een ander punt is dat vooral in sectoren waar veel vrouwen werken, zoals de zorg, detailhandel en schoonmaak, werkgevers het wel prettig vinden om deeltijders in dienst te nemen. Daardoor zijn ze flexibel in roostering bij ziekte of drukte. Veel werknemers in deze sectoren ervaren grote werkdruk en een verslechtering van de arbeidsomstandigheden.
In de zorg, waaronder de jeugdzorg, is volgens CBS de werkdruk het hoogst. Tegelijkertijd zijn dit de sectoren waar de overheid de rekening van de laatste crisis vooral heeft neergelegd. Ook in het onderwijs en de kinderopvang is de werkdruk groot en nemen de tekorten, zowel aan financiële middelen als werknemers, toe. Een oplossing voor deze tekorten kan zijn om deeltijders meer uren te laten werken, maar dat is alleen mogelijk als de overheid investeert in deze sectoren om de werkdruk te verlichten.
100 miljard rijker Onderzoeksbureau McKinsey berekende vorig jaar dat de achterstand van vrouwen op de arbeidsmarkt de Nederlandse economie miljarden kost. Als wij het even goed zouden doen als goed presterende landen om ons heen, zouden we samen ruim 100 miljard rijker zijn. Investeren in de ‘zorgeconomie’ loont dus, voor de economie, maar zeker ook voor het principe dat wij ondersteunen: gelijke kansen voor vrouwen en mannen.