Vrouwen lopen bijna twee keer zoveel risico om na een auto-ongeluk bekneld te raken in het voertuig dan mannen. Ook is de aard van hun verwondingen na een crash anders dan bij mannen. Dat blijkt uit nieuw onderzoek uit Groot-Brittannië. De reden: crashtestdummy’s, de poppen die bij het ontwerpen van auto’s gebruikt worden om te zien hoe het lichaam reageert op een aanrijding, zijn gemodelleerd naar het lichaamstype van een gemiddelde man.
Voor het onderzoek werd de data van ruim 70 duizend patiënten bekeken die met ernstig letsel in de grootste traumacentra van het land werden opgenomen tussen 2012 en 2019. Daaruit bleek dat hoewel mannen vaker betrokken zijn bij ernstige auto-ongelukken en vaker in het ziekenhuis belanden, slechts zo’n 9 procent van hen bekneld raakte in het voertuig. Voor vrouwen, die vele malen minder vaak ongelukken maken op de weg, is dat maar liefst 16 procent. En waar mannen vooral verwondingen oplopen aan hoofd, gezicht, borst en ledematen, is dat vrouwen vaker aan de heup en ruggengraat.
De onderzoekers leggen uit:
"Het begrijpen van sekseverschillen in letselpatronen kan paramedici helpen te voorspellen wie meer kans heeft op bepaalde verwondingen, wat weer gevolgen kan hebben voor hoe zij geholpen moeten worden en waar. Het kan daarnaast autofabrikanten helpen om veiligheidssystemen zo in te richten dat mannen en vrouwen evenveel worden beschermd.”
Het is het eerste grote onderzoek in het Verenigd Koninkrijk naar de verschillen in verwondingen tussen mannen en vrouwen na een auto-ongelukken. De onderzoekers besloten hiertoe over te gaan na het lezen van het boek Onzichtbare vrouwen (Invisible Women) van Caroline Criado Perez waarin wordt beschreven hoe vrouwen systematisch genegeerd worden bij technologisch en medisch onderzoek.