PVV-senator Gom van Strien wordt ervan verdacht op slinkse wijze miljoenen euro's aan publiek geld naar zijn eigen bankrekening te hebben gesluisd. Dat kwam naar buiten toen hij door Geert Wilders werd aangesteld als verkenner. Binnen een etmaal moest de vertrouweling van Wilders opstappen nadat de deksel van de beerput op een kier was gezet door NRC. Wilders zei van niets te weten, Van Strien ontkende alles.
Nu komt de Volkskrant met een uitgebreide reconstructie die inzicht geven in de praktijken van Van Strien en hoe klokkenluiders, met gevaar voor hun eigen carrières, veel moeite moesten doen om de zaak aan de kaak te stellen. Van Strien blijkt een typisch voorbeeld van de gefortuneerde ultrarechtse elite die zich wentelt in de slachtofferrol en ondertussen een vermogen binnenharkt.
Van Strien is een van de langst zittende PVV'ers die al twaalf jaar aan het pluche kleeft. Hij werkte altijd als ambtenaar, eerst bij het CBS en later aan de universiteit van Utrecht, maar woont niettemin in een enorm huis met zwembad in het Limburgse Arcen met daaromheen een landgoed waar hij graag zijn tijd in een hangmat doorbrengt.
Aan de universiteit van Utrecht wist hij tussen 2000 en 2009 de directeurspositie te bemachtigen van Utrecht Holdings, een afdeling die ervoor moet zorgen dat vindingen van wetenschappers te gelde worden gemaakt. Het is een omstreden uitvloeisel van het neoliberale beleid, de wetenschap die ten dienste staat van de samenleving en daardoor ook wordt betaald, wordt zo deels een commercieel bedrijf dat jaagt op winst. Het idee is dat die met die winsten de wetenschap weer gefinancierd kan worden maar Van Strien ziet andere mogelijkheden, zo luidt de verdenking: de winst kan ook naar zijn eigen portemonnee vloeien. De betrokkenen maken daarbij gebruik van dubbelfuncties: ze verkopen als medewerkers van de universiteit aandelen spotgoedkoop aan bv's en stichtingen die ze zelf hebben opgericht en besturen, al dan niet via derden, zoals echtgenotes en buurmannen. De arrogantie waarmee de PVV'er te werk gaat blijkt ook uit de naam van de stichting die hij opricht, die verwijst naar een historisch geval van fraude.
Begin 2006 doet Van Strien iets opzienbarends: buiten Utrecht Holdings om initieert hij de oprichting van Hereswint, een investeringsbedrijf. Die oprichting doet hij niet zelf, hij vraagt een buurman die op dat moment schuin tegenover hem woont in Bunnik. In een mail van 30 januari 2006 schrijft hij de overbuurman: ‘Als je deze alleen wilt oprichten graag. Liefst zsm. Jij bent directeur en grootaandeelhouder. (…) Later verkoop je aandelen.’ (…) Na de oprichting van Hereswint in 2006, volgt een reeks aandelentransacties die door meerdere oud-medewerkers tegen de Volkskrant ‘dubieus’ worden genoemd. De naam Hereswint is overigens opvallend: het is de naam van een adellijke vrouw uit de 10de eeuw, die met haar man de Abdij van Thorn stichtte. Om te ontkomen aan de regels rond bezit, maakte ze volgens de overlevering een aanzienlijke erfenis over aan de abdij. Het leek een daad uit goedheid, maar in de praktijk profiteerden zij en haar man er zelf van.
Enkele medewerkers van de universiteit ruiken onraad over de praktijken binnen Utrecht Holdings en weten 12 jaar later via een risicovolle operatie, waarbij ze op een onbewaakt moment met een valse sleutel het archief binnenglippen, documenten te bemachtigen die hun vermoedens bevestigen. Een van hen spreekt zijn manager aan maar die raadt hem dringend aan af te zien van verder actie. De verontruste medewerker wordt door die weigering juist extra gemotiveerd en richt zich tot de bestuurders van Utrecht Holdings, bestaande uit personen die toen en nu functies bekleden in de top van de universiteit, en vraagt om een afspraak.
‘Allebei die afspraken werden geweigerd’, zegt hij. ‘Daarop heb ik een mail aan hen geschreven, waarin ik waarschuwde dat er zaken niet klopten. In de mail meldde ik dat ik gebruik wilde maken van de klokkenluidersregeling. Ik heb er nog een paar keer achteraan gebeld. Het secretariaat zei dat er op mijn mail zou worden teruggekomen. Maar ik heb er nooit meer wat van gehoord.’
Later wordt duidelijk dat er door betrokkenen veel geld wordt verdient met een aandelentransactie. Ze kopen voor 183.000 euro aandelen van de holding die ze even later voor 5,5 miljoen euro van de hand kunnen doen. Miljoenen die bij de universiteit terecht hadden moeten komen verdwijnen in eigen zak.
Medewerkers trekken later opnieuw aan de bel bij het bestuur maar weer volgt er geen enkele actie. Dan treedt er een nieuwe raad van commissarissen aan bij de Holding. Bij toeval wordt ontdekt dat een echtgenote van een van de medewerkers in het bestuur zit van Hereswint. Daarop wordt een onderzoek gestart.
In november 2021 schakelt de nieuwe raad van commissarissen van Utrecht Holdings Deloitte Forensic & Dispute Services in. Zij doen een jaar lang onderzoek naar de zaak. In maart dit jaar laat Utrecht Holdings in een persbericht weten dat er aangifte is gedaan ‘van onregelmatigheden waarbij drie (oud-)medewerkers betrokken zijn’.
Van Strien wil niet reageren op vragen van de Volkskrant. Hij verwijst naar een eerdere verklaring in De Telegraaf. Daarin zegt hij alles volgens de regels te hebben gedaan endat het inzetten van zijn echtgenote een geval van overmacht was omdat er niemand anders voorhanden was. De universiteit kan in verband met lopende juridische procedures niet ingaan op de verklaring en laat het bij de constatering dat deze "onjuistheden bevat".
Komende week wordt beslist of Van Strien fractievoorzitter wordt van de PVV in de Eerste Kamer.