In Nederland wordt een veel lager percentage van de verkochte blikjes en flesjes met statiegeld ingezameld dan elders. In andere landen zijn bedrijven die statiegeldverpakkingen verkopen, vaak ook verplicht om lege blikjes en flesjes weer in te nemen. Plannen om een vergelijkbaar systeem in Nederland in te voeren, stuiten echter op veel verzet. Bioscopen, kiosken en pretparken willen niet dat zij verplicht worden om de verpakkingen weer in te nemen, zo blijkt uit een rondgang van de NOS.
“De meeste verkopers van flesjes en blikjes vinden dat er meer innamepunten moeten komen, maar hebben allemaal een eigen reden waarom dat niet bij hen kan. Zo vinden bioscopen uitbetalende innamepunten niet handig, omdat er piekdrukte is na een film en er lange wachttijden en opstoppingen kunnen ontstaan. Bij de HEMA zijn flesjes en blikjes volgens een woordvoerder maar een klein deel van het assortiment, daarom richt de keten zich op inzameling van vaker verkochte producten zoals textiel en batterijen. Action wijst naar de supermarkt als inleverpunt, "omdat consumenten dat gewend zijn". Ook bouwmarktketen GAMMA/Karwei pleit voor drukke plekken waar consumenten vaak langskomen als innamepunt, en schaart de eigen locaties daar niet onder.”
De weigering van verkopers om blikjes en flesjes weer in te nemen, zorgt voor extra rotzooi op straat. En dat terwijl het extra statiegeld onder meer werd ingevoerd om de vervuiling tegen te gaan. Drinkverpakkingen komen nu vaak in de prullenbakken terecht, waar statiegeldzoekers ze dan weer uit halen.