In Nederland en Europa wordt de democratische discussie de afgelopen decennia hemeltergend lelijk gevoerd, vol haat, cynisme en angst
Als de planeet nog bevolkt zal blijven door toekomstige generaties, hoe zouden ze dan ooit aankijken tegen de discussie over de vrijheid van meningsuiting, die de aardkloot teistert alsof de menselijke existentie daarvan afhangt? Ik schaam me voor deze discussie. Heeft u nieuwe argumenten gehoord de laatste jaren? Hij-zij, kip-ei, een claim op het recht op beledigen en een claim op het recht van niet-beledigen.
Laten we de discussie over de vrijheid van meningsuiting en het al dan niet kwetsen en beledigen, gezamenlijk ten grave dragen. De grens tussen haatzaaien en beledigen is zo poreus dat iedereen er zijn weg doorheen weet te vinden. Al twee decennia wordt de discussie gevoerd en is verworden van een naald in dezelfde groef naar een oorlog in de loopgraven. Binnenkort sterft niet de discussie, maar het burgerschap zelf onder het geweld van meningsverschillen over rekkelijke en precieze interpretaties. Dat is, als de eveneens steeds meer verhit rakende planeet het niet eerder begeeft.
In 2021 is het 20 jaar geleden dat een islamistische terreuraanslag de Twin Towers neerhaalde. Ik maakte die mee in een Arabisch land. Sindsdien zijn moslims en niet-moslims zich slachtoffer gaan voelen van onderdrukkingsmechanismen van de ander. Maar zelf nooit de dader. Zelfkritiek is steeds verder weg. Mensen uit een moslimgemeenschap, waarin ik lang woonde, vertelden het me keer op keer: hebben wij geen recht op een menswaardig bestaan, zonder oorlog, in vrijheid en met een tenminste basale staat van welvaart, net als de anderen? En de Westerse mens meent op zijn beurt dat zijn trotse verworvenheden, waar hij zijn identiteit aan ophangt, worden ondermijnd.
Beide kampen dwepen met angst, zwelgen erin. Daaraan aan toegeven is makkelijker dan je met je verstand te wapenen. Een van de Amerikaanse grootste hedendaagse schrijvers, Marilynne Robinson, waarschuwt in haar boek De Gegevenheid der Dingen: ‘Onze grootste bron van veiligheid is elkaar op waarde te schatten, en ons over te geven aan angst en minachting is onze grootste fout’.
Kamala Harris had het in haar speech over het genieten van de ‘joy of democracy’. In Nederland en Europa wordt de democratische discussie de afgelopen decennia hemeltergend lelijk gevoerd, vol haat, cynisme en angst. Het doel is de ander op de knieën te brengen. Alleen: omdat niemand is zonder zonde en er daarom altijd verwijten te maken vallen, lukt dat nooit.
Daarom stel ik voor dat we de aandacht verleggen naar wat burgers in de moderne, diverse samenleving bindt, in plaats van wat hen scheidt. De nadruk die is komen te liggen op vrijheid, in de individualistisch georganiseerde samenleving gebaseerd op competitie en competenties, is ten koste gegaan van broederschap en samenwerking. We kunnen elkaar over allerlei ideologische verschillen blijven bashen, van tradities tot religie, identiteit, gender en hypes, maar er is één materiële zaak die ons bindt: dat we dansen op dezelfde aardkorst waaruit we zijn voortgekomen temidden van alles wat de zwaartekracht vasthoudt.
Noem me holistisch, een dromer, maar wat uit die gezamenlijkheid voortkomt is ieders verantwoordelijkheid voor het aloude erkennen van de waardigheid van elk leven, op een even kostbare planeet, die groot en gezamenlijk onderhoud vergt. En de daaruit voortvloeiende vraag: wat heeft een ander nodig om een goed leven te leiden en wat heeft de aarde nodig om voort te bestaan?
Dienstbaarheid, behulpzaamheid, solidariteit, eenheid, dat deze woorden nu pathetisch in de oren klinken, komt door het uiteenvallen van een collectiviteit ten gunste van het individu. Hoe kunnen we deze waarden weer herintroduceren in een nieuw soort burgerschap? Dat kan alleen als ze hand in hand gaan met het gezamenlijk tackelen van het werkelijk grote probleem waarvoor de wereld zich gesteld weet.
Vergeet de vrijheid van meningsuiting conceptologie. Stap uit het eigen belangenwereldje en kijk eens uit dat van de toekomstige aardbewoner: urgent zijn het klimaat, migratie, honger, discriminatie, toekomstige epidemieën als gevolg van globalisering en overbevolking.
Ontwikkel op alle bestuursniveaus eindelijk een krachtige, positieve visie op het behoud van de planeet waarin elk individu een bijdrage kan leveren. De nieuwe generatie leert nu al beter dan de boomers om voor het redden van de aarde het eigen belang opzij te zetten en dat goed samenwerken daartoe een voorwaarde is. Versterk die vaardigheden en kennis in het onderwijs. Daag burgers uit mee te denken en te werken aan een wereld die groter is dan zijzelf.
Volg het voorbeeld van Biden die zijn moderne variatie op de vier klassieke deugden (verstandigheid, moed, matigheid, rechtvaardigheid) in zijn beleid heeft opgenomen: wetenschap, fatsoen, eenheid en waarheid. Een dergelijke visie biedt zowel de mens als de planeet weer lucht. En perspectief.