Help, ze zijn terug! De nodeloze (semi-)overheids-campagnes, symbool van bedilzucht in onvervalste vorm van nieuwe burgertruttigheid.
Abri’s schreeuwen het publiek van Rotterdam toe; VAL NIET! Amsterdam biedt ons de site laatjenietvallen.nl. We zouden namelijk kunnen vallen en dat moeten we natuurlijk vooral niet doen. Het lijkt mij in de eerste plaats een instinct dat ons behoedt voor vallen en voor de rest logisch inzicht. Overheid, gemeente en welzijnsorganisaties denken dit echter nog eens te moeten onderstrepen middels heuse waarschuwingscampagnes (!).
De gepijnigde blikken van vijftigplussers doen het ergste vermoeden en communiceren inderdaad dat ‘vallen’ ernstige gevolgen kan hebben maar dat we daar middels een ‘val-analyse’ (check uw val-risico) iets aan kunnen doen. Was de oproep tot ‘niet vallen’ niet waanzinnig genoeg op zich, heuse sites zijn gewijd aan deze aanmoediging; val-niet.nl!
Is dit de voorbode van een nieuwe golf belerende open-deuren zoals we die ooit eerder door de strot geduwd kregen? (Probeer niet in het water te vallen.nl?/ Blijf vooral ademhalen.nl?/ Zet uw buurman niet in de fik.nl?!) Wat beoogt de overheid in godsnaam met dit soort campagnes?! Moeten we ons bewuster worden van het fenomeen ‘vallen’ of het droge feit dat we kúnnen vallen en de gevolgen daarvan? Onze humoristen knijpen zich vast alweer in de handjes met dit materiaal. Man 1: “Ben jij de laatste tijd nog gevallen?”. Man 2: “Nee, de laatste tijd niet meer. Heb jij die posters langs de weg niet gezien dan?”. Dikke pret. Surrealistischer word het niet. ‘Wie angst heeft voor morgen moet vandaag gaan hangen’ zegt zo’n prachtige Nederlandse dooddoener. “Dan ken je beter gelijk zes planken bestellen” of “Hij gaat vast proefliggen op het houten-jassenpark” zijn persoonlijke favorieten in het rijtje volkswijsheden aangaande onze onzekere toekomst. Welke briljante marketeer heeft deze kleuterklas-terminologie er nu weer doorgedrukt bij, naar we mogen aannemen, het departement van Volksgezondheid?!
Op dit soort momenten flitsen de gedachten onmiddellijk terug naar eind jaren negentig toen de meesterlijke satirici Kees van Kooten en Wim de Bie wekelijks hun ongekruide commentaar gaven op de gebeurtenissen van de afgelopen week. In hun legendarische programma ‘Keek op de Week’ vielen beide taalvernieuwers al over de gruwelijke onzin die Postbus 51 over zijn burgers uitstortte in onzinnige campagnes als ‘Pas op voor vocht in huis’ en ‘Pas op voor schadelijke gassen in huis’. Onzinbangmakerij van de bovenste plank waar de burgerij werd opgeroepen vooral naar postkantoor en bibliotheek te snellen om daar de desbetreffende folder met ‘tips’ op te halen. Er ís dus niets aan de hand maar haal nu snel mogelijk informatie in huis om te weten hoe u dat zo houdt.
De Rijksoverheid in satirische topvorm. Nog zo’n typische campagne was die tegen ongewenste intimiteiten. Nu geïnitieerd door de onafhankelijke equivalent van Postbus 51, de stichting SIRE. De slogan ‘Als een meisje nee zegt bedoelt zij ook nee’ werd prompt gepersifleerd door cabaretier Theo Maassen in zijn alter-ego rol van dom brabants boertje: “Maar als ik ja zeg dan is het ook ja!”. Het publiek lachtte zich slap, en niet uit ongemak.
Dat was precies de kern van het failliet van dit soort overdreven semi-maatschappelijke-waakhondenbemoeienis. Een ernstig thema als ‘ongewenste intimiteiten’ en zelfs ‘verkrachting’ zijn onderwerpen voor brede maatschappelijke discussie in kroeg, op school en bij de bestuurlijke (justitiële) instanties, niet voor een foldertje gedragen door een dramatisch filmpje waar we een ternauwernood voorkomen date-rape kregen voorgeschoteld.
”You can’t always get what you want!” kweelde Mick Jagger op de soundtrack (interessant eens uit te zoeken of deze ouwe rocker destijds wel weet had van de toenmalige toepassing van zijn classic ).
Misschien wordt het tijd Prof. Dr. Ir. P. Akkermans ( “Ja, ik word genoemd!”) weer eens uit het vet te trekken. Wellicht kan hij het tij alsnog doen keren.