We moeten bij elkaar komen om te luisteren naar diegene waar je – volgens de radicalen onder ons – een hekel aan zou moeten hebben.
Ieder mens kent in zijn leven wel momenten van nu of nooit. Wat betreft het Turks-Koerdisch conflict leeft dat gevoel bij mij nu heel sterk. Mensen zijn het zat. En met de geweldsincidenten die tussen Turken en Koerden in heel Europa hebben plaatsgevonden, komt het nu wel erg dichtbij.
Ik heb nooit de kans gehad om Mevlüd beter te leren kennen, want in groep 4 zijn we verhuisd naar Nieuw-West. Toen kwam ik terecht op de katholieke basisschool Bisschop Huiberts. En toevallig waren daar ook kinderen die op mij leken, maar toch anders waren. Klasgenoten met de naam Efraim of Robert. Christelijke Assyriërs, die in 1915 samen met de Armeniërs over de kling zijn gejaagd door het jong-Turkse regime.
Bullshit op Facebook Bij de sporadische interacties die ik met hen had, hing er dezelfde negatieve aura. In groep 7 keken we naar eens naar een plattegrond van Europa. “Kijk hoe groot Turkije is”, zei een van de jongens. “Vroeger was het nog groter”, zei ik. Dat vond de Assyrische Pieter niet fijn: “Ja, maar in Turkije is geen democratie. Ze maken mensen dood.”
Turks-Koerdisch initiatief Sinds kort zit ik met een paar interessante geesten te brainstormen over een Turks-Koerdisch initiatief in Nederland. Stichting Argan en The Hague Peace Projects hebben al verklaard ondersteuning te willen bieden. Wellicht volgen nog meer organisaties. Voel je vrij om aan te sluiten en dit initiatief te versterken. We hopen op 1 oktober in de avond voor het eerst bij elkaar te komen.