De traumatische scheiding van migrantenkinderen en hun ouders aan de grens met Mexico is pure marteling. Dat staat in een rapport van Physicians for Human Rights (PHR), meldt The Guardian.
PHR onderzocht de psychische impact van een familiescheiding. Vrijwillige psychiaters evalueerden 17 volwassenen en 9 kinderen die tussen de 30 en 90 dagen van elkaar waren gescheiden. De meesten voldeden aan ten minste één geestelijk gezondheidsstoornis, zoals een posttraumatische stressstoornis, een angststoornis of depressiviteit.
Niet alleen het inhumane beleid van Trump zorgt voor een traumatische ervaring, ook het geweld waar ze aan zijn blootgesteld tijdens hun lange reis naar de VS. Bijna alle kinderen zijn voor hun vertrek door drugsbendes gedrogeerd, gekidnapt, vergiftigd of bedreigd, constateerden de onderzoekers van PHR. Een van de moeders vertelde dat ze haar dochter meerdere malen op verschillende scholen in El Salvador had gezet, zodat bendeleden haar niet konden vinden en vermoorden.
Veel ouders kozen er eerst voor om binnen hun eigen land te verhuizen, van telefoonnummer te veranderen of toch in te gaan op afpersingen. Op 2 mensen na, zeiden alle volwassenen doelwit te zijn geweest van drugskartels. Alle volwassenen hadden het gevoel dat hun kinderen in levensgevaar waren en dat vluchten de enige optie was.
Hoewel de regering Trump het ‘zero tolerance’-beleid’ in juni 2018 beëindigde, zijn er sindsdien nog zeker 1.100 migrantenfamilies gescheiden, claimt de American Civil Liberties Union. Sommige migrantenbaby’s worden meer dan een half jaar van hun ouders gescheiden.
Volgens Trumps beleid was de scheiding nodig om criminele migranten te kunnen vervolgen. Veel ouders zijn echter nooit vervolgd en werden soms binnen een dag gedeporteerd terwijl hun kinderen achterbleven in de VS. Kinderen worden letterlijk van hun ouders weggerukt – van kleuters tot pasgeboren baby’s – en in kooien opgesloten. Het personeel van de detentiecentra mag de kinderen niet aanraken of troosten.