Het geweld van Breivik was zíjn daad. Daarvoor is hij alleen
verantwoordelijk. Maar zijn waanzinnige, leugenachtige wereldbeeld deelt
Breivik met meerderen
De dag na de gruwelijke aanslagen die Anders Breivik in Noorwegen pleegde, laaide de discussie op over verhouding tussen de moordenaar en de ideologische kring waartoe hij gerekend kan worden. De aanleiding lag er natuurlijk vooral in dat bij eerdere aanslagen – en in Nederland wordt dan vooral gedacht aan de moord op Theo van Gogh door Mohammed Bouyeri – sommigen de geloofsgenoten van de dader op de daad meenden aan te moeten spreken. Als moslims toen verantwoordelijk werden gehouden voor zijn daad of als ze althans gevraagd werd om zich ervan te ‘distantiëren’, kunnen we dan nu de overige dragers van het nieuwrechtse ideeëngoed dat Breivik aanhing, ook zo behandelen?
Mijn indruk is dat de vraag vooral werd opgeworpen om de onzinnigheid van de parallel te laten zien; nieuwrechts kreeg bij wijze van gedachtenexperiment een koekje van eigen deeg. Anderen daarentegen vonden zelfs dit al veel te ver gaan en legden er de nadruk op dat het dit ene individu was dat deze gruweldaden begaan had.
Hoe moeten we dit zien? Wat is de verhouding tussen Breiviks daden en zijn ideeën en hoe is dan de verhouding tot andere dragers van die ideeën?
Breivik gebruikte geweld. Deed hij dat omdat hij geweld leuk vond of zomaar ineens de kluts kwijtraakte? Nee, hij had zijn daden jarenlang voorbereid. Hij had er goed over nagedacht en hij beschikte dus over een theorie die zijn daden rechtvaardigde. Dat zien we bij terrorisme vaak. Er bestaat een ethiek van het terrorisme. Terroristen handelen moreel doordacht en hebben een sluitende rechtvaardiging voor hun oorlogshandelingen.
Breivik wilde kennelijk een gevaar afwenden: de komst van Eurabië, de politiek waarbij Europa naar zijn idee verkwanseld werd. Hij viel mensen aan – de Noorse regering, sociaal-democratische jongeren – die volgens hem voor die politiek verantwoordelijk waren. In die zin moet zijn daad in zijn theorie dan ook als een daad van zelfverdediging gezien worden.
Dat is een bekende denkfiguur. De gewelddadige salafisten die de aanslagen van 9/11 in New York rechtvaardigden, gingen ook uit van die gedachte: de Verenigde Staten hadden met de aanwezigheid van troepen op het Arabisch schiereiland heilige grond geschonden en in die zin een aanval gepleegd. De aanslagen op het WTC en het Pentagon waren niet anders dan een tegenaanval – een uiting van defensieve jihad – tegen een macht die zelf de aanval had geopend. En omdat Amerika een democratie is, werden al die toevallige burgers in die gebouwen medeverantwoordelijk geacht voor de handelingen van hun eigen regering: het waren dus vijandelijke soldaten. En Mohammed Bouyeri meende blijkens zijn brief aan Hirsi Ali dat ‘de Nederlandse politiek gedomineerd wordt door vele Joden’.
Er zullen weinig mensen zijn die Breiviks rechtvaardiging van moord delen of goedpraten. Daarvoor is alleen hij verantwoordelijk. En alleen mensen die zijn gruweldaden ideologisch verantwoorden of goedpraten en dus al zijn ideeën delen, kunnen daarop worden aangesproken, zoals ook alleen diegenen die de gewelddadige ideologie van Mohammed Bouyeri deelden, daarop konden worden beoordeeld.
Maar er is meer. Breiviks rechtvaardiging van geweld komt voort uit een bepaald beeld van de werkelijkheid. Het is een beeld waarbij Europa bedreigd wordt door multiculturalistische politici en door de islam. Het 1500 pagina’s tellende pamflet 2083 A European Declaration of Independence onder het pseudoniem Andrew Berwick staat vol met de bekende theorieën uit de nieuwrechtse kring waarin in Nederland de PVV de vertegenwoordiger is. Het gaat vooral om een verwrongen wereldbeeld waarin Europa bedreigd zou worden door de islam. Berwick/Breivik haalt Geert Wilders aan die beweerde dat Marokkanen Nederland zouden koloniseren en niet kwamen om te integreren, maar om Nederlanders te onderwerpen. De theorieën over het gevaar van het ‘cultureel marxisme’ komt men zo ook tegen bij PVV-ideoloog Martin Bosma.
Het gaat om een verwrongen beeld van de werkelijkheid, dat niets met de concrete maatschappelijke realiteit te maken heeft. Het is dit wereldbeeld waaruit Breivik zijn gewelddadige conclusies getrokken heeft. Voor die gevolgtrekkingen is hij zelf verantwoordelijk. Maar dat hij in zijn manifest anderhalf duizend bladzijden vol met allerlei waanzinnige ideeën bij elkaar kon plukken, zegt veel over de geestelijke toestand van Europa en het zegt veel over Nederland waar een beweging waarin zulke ideeën courant zijn, via een gedoogakkoord bij de regering is betrokken.
Het geweld van Breivik was zíjn daad. Daarvoor is hij alleen verantwoordelijk. Maar zijn waanzinnige, leugenachtige wereldbeeld deelt Breivik met meerderen. Daarop dienen nu alle aanhangers aangesproken te worden. Het verspreiden van leugens, het creëren van schrikbeelden die onwaar zijn, is niet zo onschuldig. Wie bewust de waarheid verdraait, dient niet serieus genomen te worden als een van de vele stemmen in het maatschappelijke debat. Die hoort streng aangepakt te worden. Die mag gevraagd te worden te stoppen met het misleiden van mensen. Dat geldt voor de Nederlandse populisten die het nieuwrechtse gedachtengoed uitdragen.
Het speelkwartier is voorbij. Het is tijd voor de waarheid.
Dit artikel is in verkorte versie verschenen bij Trouw