De oplossing van de toeslagenaffaire ligt buiten de huidige systematiek
Tijdens het debat over de notulen van de Ministerraad erkende Staatssecretaris Van Huffelen van Financiën dat de toeslagenaffaire nog altijd niet opgelost is. Minder dan de helft van de aangemelde groep ouders krijgt voor 1 mei een compensatie van 30.000 euro. De Belastingdienst zit met haar handen in het haar. Het toeslagenschandaal blijkt nog altijd complexer dan gedacht.
De noodzaak om de getroffen ouders tegemoet te komen is het minst wat het kabinet kan doen. De toeslagenaffaire leert wel dat het werken met toeslagen niet goed werkt. De aanvragers hebben de grootste moeite met het goed invullen van de formulieren. De uitvoerende instanties hebben de grootste moeite met de administratie en het uitkeren van de toeslagen. De rechtspraak heeft de grootste moeite met het vaststellen van het rechtmatig gebruik van de toeslagen. Dit alles terwijl het idee achter toeslagen zo sympathiek is. Als diensten als zorg, kinderopvang of huur niet te betalen zijn dan is het mogelijk om onder bepaalde voorwaarden een bepaald bedrag te krijgen. Het is solidair om iedereen die het niet kan betalen via een toeslag toegang te geven tot zorg, kinderopvang of een betaalbaar huis.
Kan het niet eenvoudiger? Ja dat kan. Dat kan door te starten bij de vraag: “Waarom kan de rekening voor zorg, kinderopvang, huur niet worden betaald? Het antwoord ligt bij het huishoudboekje.
Op de balans van het huishoudboekje van huishoudens staan uitgaven en inkomsten. Laten we beginnen met de inkomsten. Het is eenvoudig. Met meer inkomsten in de vorm van loon is de volledige rekening voor bijvoorbeeld de kinderopvang te betalen. Lonen kunnen omhoog door bedrijven minder belasting te laten betalen. Het gemis aan belastinginkomsten wordt op de balans van de overheid gecompenseerd door vermindering van uitvoeringskosten en het stoppen met toeslagen. Voor een rechtvaardige verdeling hoort bij het stoppen met toeslagen ook een hervorming van de inkomstenbelasting. Stop met de drie belastingtarieven en maak een inkomensafhankelijke loonbelasting op basis van huishoudtypen. In het ontwerp voor de nieuwe inkomensbelasting kan afhankelijk van politieke voorkeur gewerkt worden met een bepaalde drempel inkomen van waaraf inkomstenbelasting moet worden betaald en een te ontwerpen lijn of curve voor belasting na het drempelbedrag. Zo kan de belastingdruk variëren afhankelijk van de situatie waarin een huishouden zich bevindt.
Aan de ander kant van de balans staan de uitgaven. Met aftrek van kosten voor zorg, onderwijs, kinderopvang en wonen moet het nieuw belastingstelsel bewerkstelligen dat huishoudens een zeker besteedbaar inkomen hebben. De kindertoeslagenaffaire leert dat mensen enorm lijden onder keuze stress als iedere euro tien keer moet worden omgedraaid. Gegeven het hebben van een zeker besteedbaar inkomen is een slag te slaan in het bewustzijn van de consument. Heb ik echt een grotere tv nodig? Waarom draag ik merkkleding? Moet ik dit jaar nog een keer op vakantie?
Het staat een ieder vrij om te consumeren wat hij of zij wil. Voor het huishoudboekje is het wel van belang ons bewust te zijn van ons koopgedrag. De begeerte naar goederen en diensten is veelal een gevolg van het willen hebben van dat wat een ander ook heeft. Wie kent niet de smacht naar een reis, nadat je buren vol enthousiasme zijn komen vertellen over hun reis naar de Maldiven? Wie kent niet het verlangen van het willen hebben van net zo’n mooie telefoon als je vrienden? Wie kent niet de straatjes waar iedereen een vergelijkbare auto op de oprit heeft staan? Het is een begeerte die ook nog eens gevoed wordt door de vraagarticulatie van succesvolle ondernemers. Succesvolle ondernemers weten consumenten op subtiele wijze te verleiden om hun spullen en diensten aan te schaffen. Bewustzijn van ons koopgedrag kan de uitgaven op de balans van ons huishoudboekje redden.
De oplossing van de toeslagenaffaire ligt buiten de huidige systematiek. Kabinet, denk vanuit het huishoudboekje van de burger, stop met toeslagen, hervorm de inkomstenbelasting en creëer bewustzijn bij de consument over ons koopgedrag.