Om lering te trekken uit de Tweede Wereldoorlog en herhaling te voorkomen, moeten we de link kunnen leggen met actuele gebeurtenissen
Wie herdenken we op 4 mei? Daar is veel discussie over. Bij wie sta ik stil op vrijdag 4 mei? Ik sta stil bij alle slachtoffers en helden die vielen sinds het uitbreken van de Tweede Wereldoorlog. Ik sta stil bij de bijna 280.000 slachtoffers die in Nederland vielen ten tijde van de oorlog, waaronder meer dan 100.000 joden en andere minderheidsgroepen.
Dit zijn echter niet alle mensen die als onderdanen van het Koninkrijk der Nederland omkwamen. Het is een minderheid als je het vergelijkt met het totale aantal Nederlandse burgers dat is gevallen. Er vielen namelijk nog 2,5 miljoen burgers in Indonesië – toentertijd nog een kolonie van Nederland. Óók hen zal ik in gedachten houden.
Als fractievoorzitter van DENK in Amsterdam, de stad met 180 nationaliteiten, strijd ik voor een inclusieve samenleving, waarin iedereen geaccepteerd wordt. Ik ben daarom van mening dat de Dodenherdenking meer tot haar recht komt als we óók de (zeer belangrijke) bijdragen en opofferingen van helden uit de voormalige koloniën meenemen in onze gedachten en herdenkingen.
Ik sta daarom ook stil bij de miljoenen Indiase, Marokkaanse en (andere) Afrikaanse soldaten die hebben gestreden voor onze vrijheden, maar structureel onbenoemd blijven. Door ook de bijdragen van deze groepen te eren, wil ik uitdragen dat de Dodenherdenking onderdeel moet uitmaken van alle gemeenschappen in Amsterdam. Door erkenning van de offers die ook hun voorouders voor de bevrijding van het Koninkrijk hebben gebracht, zal het onze burgers dichter bij elkaar brengen.
Verder sta ik stil bij alle slachtoffers die gevallen zijn in oorlogssituaties en conflicten ná de Tweede Wereldoorlog, in het bijzonder de Indonesische bevrijdingsoorlog. Tijdens de (Orwelliaans genoemde) ‘Politionele Acties’ kwamen tot wel 150.000 mensen om in Indonesië, waarvan een groot deel burgers die opkwamen voor hun zelfbeschikkingsrecht. Ik herdenk de offers die zij hebben gebracht voor hun land. Hetzelfde geldt voor de slachtoffers die sindsdien zijn gevallen in oorlogen en onderdrukt werden en worden door vreemde mogendheden zoals bijvoorbeeld in Palestina, Irak, en Afghanistan.
Maar om lering te trekken uit de Tweede Wereldoorlog en herhaling te voorkomen, moeten we de link kunnen leggen met actuele gebeurtenissen. De systematische vervolging van Joden, Roma en Sinti werd namelijk mogelijk gemaakt door racisme. En hier zijn parallellen te trekken met hedendaagse ontwikkelingen. Afrofobie, islamofobie en antisemitisme vieren hoogtij. Politici mogen filmpjes uitzenden op de publieke omroep, waarin ze de Islam en haar aanhangers verdacht maken en als gevaar voor de samenleving bestempelen. Een gelijke dehumanisering wordt toegepast op nieuwkomers die oorlog en conflict ontvluchten. En aan de dehumanisering van donkere mensen is nooit een einde gekomen. Zolang ik adem, zal ik mij verzetten tegen dit soort racisme, dehumanisering en de daaropvolgende uitsluiting.
Ik sta dus ook stil bij alle slachtoffers van racisme én denk aan alle vluchtelingen die noodgedwongen hun huis en haard hebben moeten verlaten, op zoek naar een beter bestaan. Volgens recente berekeningen van de UNHCR zijn er op dit moment meer dan 65 miljoen mensen vluchteling – een ongekend hoog aantal volgens de mensenrechtenorganisatie. Zelfs meer nog dan aan het einde van de Tweede Wereldoorlog.
En tegen alle nieuwkomers zeg ik: dit is ook úw thuis. Wij gaan er als DENK Amsterdam alles aan doen om ervoor te zorgen dat jullie je geaccepteerd voelen in onze Mokum. Zoals al eeuwen gebruikelijk is. Bij al deze mensen sta ik stil op 4 mei.