Afgelopen maandag sloten de scholen in Nederland. Ik neem jullie mee naar de eerste werkdagen van mij, docent Frans, die probeert zo goed en zo kwaad als ’t gaat mijn leerlingen te helpen. Waar lopen wij docenten tegenaan en wat kan Den Haag hieraan faciliteren zodat we makkelijker ons werk kunnen doen?
Gisteren, dinsdag was waarschijnlijk de grootste stressdag voor docenten. Immers, ze moeten niet alleen het schoolhuiswerk voor hun eigen leerlingen digitaal wegzetten, velen hebben ook zelf kinderen die ondersteuning nodig hebben met homeschooling. Middels deze column, krijgt u een inkijkje daarin. Zelf heb ik twee kinderen: een 17-jarige VWO-6 eindexamenkandidate en een 12-jarige groep 8 leerling.
Nu de fysieke lessen voor beide kinderen wegvallen, moet ik natuurlijk meer hulp geven aan mijn eigen kinderen. Concreet betekent dit dat ik mijn dochter help met de voorbereidingen van haar SE’s (schoolexamens) mondeling Frans en Spaans, plus haar eindexamens. Mijn zoontje leg ik uit hoe hij het digitaal weggezette huiswerk van zijn school moet maken. Vooral op de eerste dag had mijn zoontje veel fysieke ondersteuning nodig: “hoe werkt die link, waar vind ik wat, hoe kan ik informatie krijgen, hoe vul ik het huiswerk in” en meer van dat soort vragen.
Ondertussen werd ook van mij verwacht dat ik de lessen van mijn 10 klassen digitaal zou gaan wegzetten. In eerste instantie gelukkig voor een week, zodat de rest later deze week kan gebeuren. Eerlijk is eerlijk: mijn eindexamenleerling krijgen alle prioriteiten, dus hen schenk ik de meeste aandacht en tijd. Zij moeten immers over een tijdje (wanneer is nog onbekend) eindexamen doen. Maar daarnaast moeten ze ook nog SE’s afronden; om te voorkomen dat de eindexamenleerlingen in paniek geraken, is het met name voor deze groep het belangrijkste dat er snel duidelijkheid komt over zaken als “hoe/wanneer mag ik het SE mondeling maken, hoe/wanneer de andere SE’s, wordt onze tijdsplanning van hertentamens vergroot”, etcetera.
Ga er als eindexamenkandidaat in deze tijden maar aanstaan! Mijn mening is dat mijn leerlingen mijn werkgevers zijn, ik moet dus goed werk leveren zodat ze tevreden zijn. Ik ben het type docent dat heel erg betrokken is bij haar leerlingen, ik beschouw ze feitelijk als mijn eigen kinderen. Mijn kinderen begeleid ik goed dus automatisch mijn leerlingen dus ook. Middels mails heb ik als eerste de eindexamenkandidaten geïnformeerd dat ze zich geen zorgen hoeven te maken, dat ik per Skype onderwijs 1-op-1 wel met ze ga oefenen. Voor de andere leerlingen is nog niet duidelijk hoe de school dat uniform wil aanpakken.
Voorts ging ik door met het geheel veranderen van mijn lesprogramma voor de eerste klassers; ik had namelijk wel al alles voorbereid, maar de werkelijkheid was dat mijn voorbereide werk te moeilijk zou zijn voor hen zonder mijn persoonlijke guidance. Dus hup, voorbereide werk op de plank gooien en iets nieuws bedenken, uitwerken en digitaal wegzetten. Gelukkig heb ik zeer behulpzame collega’s die mij, als verse vervanger die tegen digitale problemen aanloopt, goed helpen. Wij docenten, willen alleen het allerbeste voor onze leerlingen, hoe kunnen we dat optimaal bereiken?
Ik merk dat we tegen een aantal zaken aanlopen, zoals bijvoorbeeld het aanbieden van onderwijs aan meerdere leerlingen via een zogenaamd videoconference system. Die systemen bestaan wel, maar zijn niet kosteloos. Mijn oproep aan de ministers is dan ook: stel aan alle docenten en leerlingen kosteloos een videoconference systeem beschikbaar, zodat wij leraren kunnen DOEN, kunnen WERKEN in plaats van bureaucratisch gaan uitzoeken waar dat gratis kan etcetera. Faciliteer ons optimaal, opdat wij onze leerlingen optimaal kunnen bedienen.
Zo, nu ga ik weer verder met andere werkzaamheden, o ja, nog even bij m’n (kinderloze) buurvrouw van 87 langs om te vragen of ik nog boodschappen moet halen, m’n moeder bellen over haar operatie van morgen, de notaris bellen over verhuizing etcetera etcetera. Kortom, het leven van een docent in coronacrisistijd is vrij druk…