‘Dat is wat we doen bij de Nasa: wij maken het onmogelijke mogelijk’, aldus Nasa-directeur Bill Nelson. Het was de slotzin van een interessant artikel dat onlangs in De Volkskrant verscheen. Nelson doelde hier op de buitengewoon knappe prestatie die het Marshelikoptertje Ingenuity (‘vindingrijkheid’) had geleverd. Het helikoptertje zou vijf vluchten op de planeet Mars gaan uitvoeren om de buitenaardse vliegtechnologie te testen. Dat werden er uiteindelijk maar liefst tweeënzeventig. Ingenuity overleefde onder andere enkele stofstormen, een ijskoude Marswinter, overwon problemen met een kapotte navigatiesensor en voerde drie noodlandingen uit.
De beschrijving van de avonturen van het gepersonifieerde Marshelikoptertje in het artikel, in combinatie met de onmogelijk geachte werklust van Ingenuity door de hoogste Nasa-man, deden mij denken aan een nieuwe animatiefilm in de stijl van de aandoenlijke robot Wall-E. De wilskracht, het harde werken onder vaak lastige omstandigheden en de waarde van zijn getoonde optimisme om het gevraagde werk goed uit te voeren zouden in elk geval prachtige eerste ingrediënten zijn voor het maken van zo’n nieuwe film.
Tegelijkertijd moest ik ook denken aan het filmpje Austin’s Butterfly dat ik onlangs van iemand kreeg toegestuurd. Het filmpje duurt ruim zes minuten en het laat in die luttele minuten de essentie zien van wat leerlingen nodig hebben om te leren en persoonlijke groei door te maken. In het filmpje wordt het tekenwerk en de progressie van de zesjarige Austin besproken. Hij kreeg als opdracht om zo goed mogelijk een zelfgekozen foto van een vlinder na te tekenen. Bij het maken van deze tekening vergat Austin te kijken naar de voorbeeldfoto van de vlinder. Hij tekende uit zijn hoofd een vlinder die daardoor niet echt leek op het eerder gekozen voorbeeld.
Austin kreeg vervolgens de opdracht om goed naar het voorbeeld te kijken en het dan opnieuw te proberen. Klasgenootjes gaven hem enkele tips waar hij bijvoorbeeld op kon letten om de vlinder beter te tekenen. Hij luisterde goed naar de tips, keek naar de foto en probeerde het opnieuw. De vorm van de vlinder leek nu een stuk beter maar was zeker nog niet op z’n best getekend. Na poging drie en vier werden zijn vlindertekeningen steeds beter en realistischer. Hij nam de opbouwende kritieken van zijn medeleerlingen goed in zich op en keek tijdens het werken aan een nieuwe tekening aandachtig naar de voorbeeldfoto. Er verschenen uiteindelijk patronen in de vleugels en de vorm van de vlinder leek na vier tekeningen te hebben gemaakt uitstekend op het voorbeeld. Om het geheel nóg beter te maken kleurde Austin in tekening vijf de vlinder in de kleuren zoals op de foto te zien was. Zijn klasgenootjes stonden versteld van de vooruitgang. De eerste tekening leek in de verste verte niet meer op zijn vijfde: “he used the eyes of a scientist”.
Het filmpje toont op een prachtige manier wat de impact kan zijn van concrete en gestuurde feedback in het onderwijs. De resultaatgerichtheid van Austin en zijn supportende klasgenootjes laat in het kort het belang zien van directe instructies die onherroepelijk kunnen leiden tot grootse resultaten. Belangrijk hierbij is dat een leerling wordt aangesproken in begrijpelijke taal door mensen die hij kan vertrouwen. De tips werken stimulerend en de getoonde progressie per tekening versterken zijn gevoel dat hij het (nog beter?) kan. Daarnaast wordt hij gezien en hij mag fouten maken, als hij het maar probeert. Het mag voor zich spreken dat deze aanpak op school geldt bij het uitvoeren van alle taken en het aanleren van kennis bij alle vakken. Met een stukje inzet, doorzettingsvermogen, sturing, optimisme, nieuwsgierigheid en ingenuity kun je niet altijd het onmogelijke mogelijk maken, maar uiteindelijk wel verder komen dan je ooit had durven dromen.