Nog voordat de inzending van de toch al omstreden songfestival-kandidaat Israël bekend is gemaakt, ligt het lied al onder vuur. Het nummer “October Rain” zou een verwijzing zijn naar de aanslag van 7 oktober door Hamas, die de huidige allesvernietigende oorlog tegen Gaza inluidde. Politieke boodschappen zijn niet toegestaan tijdens het songfestival. De organisatie van Eurovision neemt het nummer momenteel nauwkeurig onder de loep.
Het nummer wordt gezongen door de Russisch-Israëlische zangeres Eden Golan. Zij werd gekozen als de songfestivalkandidaat voor Israël na een talentenjacht waarin ze “Don’t Want To Miss a Thing” van Aerosmith zong. Dat werd opgedragen aan de gijzelaars die nog in handen van Hamas zijn. Tijdens het optreden had Golan zich omringd door lege stoelen.
Maar het zijn juist deze politieke uitingen waar het songfestival ver vandaan wil blijven. Als blijkt dat het nummer October Rain inderdaad ook een dergelijke boodschap heeft, zal Eurovision het nummer afwijzen en Israël de kans geven een ander lied in te sturen. Dat gebeurde in 2021 ook met Belarus. Hun tweede inzending was vervolgens eveneens politiek geladen, waarna het land niet meer mocht meedoen.
In Israël is ondertussen woedend gereageerd op de keuring door Eurivision van hun inzending. Minister van Cultuur Miki Zohar, van premier Netanyahu’s Likoed-partij, noemt de inspectie “schandalig” en zegt dat het om een “gevoelig” nummer gaat dat de gevoelens van de Israëlische bevolking weergeeft. De Israëlische songfestival-organisator KAN heeft al laten weten dat als het nummer wordt afgekeurd, het geen tweede nummer zal insturen.
Het Eurovision Songfestival wordt later dit jaar gehouden in Zweden. Eerder al riepen ruim duizend Zweedse artiesten op Israël niet toe te laten tot het muziekfestijn vanwege de “humanitaire catastrofe” die het land veroorzaakt in Gaza. De ondertekenaars beschuldigen de organisatie van het festival van hypocrisie omdat Israël wel een uitnodiging heeft ontvangen, terwijl Rusland en Belarus de afgelopen jaren niet welkom waren vanwege de oorlog tegen Oekraïne.