Zelfs een rijk land als Nederland worstelt met de vraag of ons zorgstelsel de gevolgen van de coronacrisis wel aankan
Het coronavirus discrimineert niet. Maar de gevolgen van de pandemie treffen de allerzwaksten wel extra hard. Niet voor niets luiden veel hulporganisaties de noodklok: er is nu actie nodig om de allerarmste landen te helpen.
Zelfs een rijk land als Nederland worstelt met de vraag of ons zorgstelsel de gevolgen van de coronacrisis wel aankan. Of we wel voldoende beschermende middelen hebben voor alle zorgverleners. Of er straks wel voor iedereen die dat nodig heeft een beademingsapparaat is. Laat staan wat deze pandemie betekent voor de allerarmste landen ter wereld.
De directeur van Oxfam Novib, en tevens oud PvdA-Tweede Kamerlid, Michel Servaes, schat dat er 140 miljard euro extra nodig is om een humanitaire ramp in de armste landen te voorkomen. “In Mali zijn drie ventilatoren beschikbaar voor een miljoen mensen. Zambia heeft één dokter op 10.000 mensen. We weten uit ervaring dat we deze ziekte met radicale actie kunnen stoppen en rampzalige gevolgen beperken. Maar daarvoor moeten we nu ongekende maatregelen nemen.”
Ik deel die grote zorgen over het effect van een corona-uitbraak in fragiele staten als Zuid-Soedan, Jemen en Syrië. Of in landen waar veel mensen worstelen met voedseltekorten en een gebrek aan schoon drinkwater zoals Ethiopië of Kenia. Of over de situatie in vluchtelingenkampen in Bangladesh, Oeganda of Jordanië. En dan heb ik het nog niet eens over de crisis op de Griekse eilanden en aan de grenzen van Europa, waarover onder meer de VN Vluchtelingenorganisatie UNHCR al eerder de noodklok luidde.
Kortom: de hoogste tijd voor actie. Wij hebben daarom aan de minister van Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking gevraagd om het noodhulpbudget aan te vullen en -al dan niet in internationaal verband – de meest kwetsbare landen te ondersteunen bij hun medische zorg en vitale infrastructuur. Ook heb ik samen met collega Attje Kuiken Kamervragen gesteld over de levensbedreigende risico’s in vluchtelingenkampen op de Griekse eilanden. Deze acute noodsituaties vragen om snel ingrijpen, om erger te voorkomen.
Daarnaast is het belangrijk dat we er samen voor zorgen dat ook de allerarmsten in de meest kwetsbare landen in de toekomst beter voorbereid zijn op crises als deze. Dat kan alleen als we samenwerken en er alles aan doen om de Duurzame Ontwikkelingsdoelen (SDG’s) in 2030 te behalen. Als we blijven strijden voor een eerlijker wereld: waar iedereen in het productieproces van een t-shirt, telefoon of chocoladereep haar of zijn eerlijke deel krijgt. Waar bedrijven eerlijk belasting betalen en waar solidariteit boven winst gaat. Dat betekent dat wij ons keihard zullen blijven inzetten voor:
Het op peil brengen én houden van ons budget voor ontwikkelingssamenwerking;
Multinationals blijven aanspreken op hun verantwoordelijkheid;
Zorgen dat hulpverleners, mensenrechtenverdedigers en maatschappelijke organisaties veilig hun werk kunnen doen;
En blijven pleiten voor eerlijke belastingafspraken.
Zodat ook de allerarmsten ter wereld weten: you’ll never walk alone.