Meer dan ooit staat Siemens op een kruispunt. Kiest de multinational voor een duurzame toekomst of blijft het betrokken bij schadelijke projecten?
Vorige week vrijdag kondigden Siemens en het Spaanse Gamesa aan hun windenergie-divisies samen te voegen. Hiermee is het ‘s werelds grootste bouwer van windturbines, met een jaaromzet van ruim 9 miljard euro en een dik gevulde orderportefeuille van 20 miljard euro. Uit de halfjaarcijfers van Siemens bleek in mei dat haar inkomsten uit windenergie in één jaar met een factor vijf zijn gegroeid. Klinkende cijfers van een bedrijf dat voorop loopt op het gebied van duurzame technologie. Maar de Duitse technologiereus moet als marktleider nu wel kleur bekennen, want naast de duurzame kant die het bedrijf graag aan de wereld toont, heeft Siemens ook een ander gezicht.
Het andere gezicht van Siemens Via haar joint venture Voith Hydro werkt Siemens mee aan de bouw van de derde grootste waterkrachtcentrale ter wereld, de Belo Montestuwdam in het Braziliaanse Amazoneregenwoud. Voor deze dam moeten twintigduizend mensen gedwongen verhuizen en komen grote delen uniek regenwoud onder water te staan. Mensenrechtenschending zijn aan de orde en enkele bouwers hebben toegegeven dat miljoenen aan steekpenningen zijn betaald. De corruptie bij de Belo Montedam is inmiddels onderdeel van het grootste anti-corruptieonderzoek in de geschiedenis van Brazilië.
Opnieuw dreigt een ramp in het hart van de Amazone en opnieuw lijkt het erop dat Siemens hierbij betrokken zal raken. Brazilië staat op het punt een enorme waterkrachtcentrale te bouwen in de Tapajós rivier, een zijarm van de Amazone. De vijf miljard euro kostende dam – een betonnen muur van bijna 8 kilometer lang en ruim 50 meter hoog – zal een stuk regenwoud van anderhalf keer de oppervlakte van de provincie Utrecht verwoesten. En het blijft niet bij die ene dam. In totaal staan zelfs 43 dammen gepland in het stroomgebied van de Tapajós rivier. De vernietiging van het regenwoud breidt zich hierdoor uit naar driekwart van de oppervlakte van Nederland.
Siemens is een krachtpatser op het gebied van turbines voor waterkracht en gezien haar betrokkenheid bij de Belo Montedam een van de gegadigden om delen van het megaproject uit te voeren. Het bedrijf heeft, ondanks aandringen van Greenpeace, nog niet uitgesloten dat ze mee zal dingen naar de opdracht.
Kraamkamer van de Amazone schildpad en huis van het Munduruku volk Het regenwoud dat verdwijnt door de aanleg van de São Luiz do Tapajósdam is het thuis van de inheemse Munduruku. Het is ook het leefgebied van zeldzame of bedreigde diersoorten zoals de roze rivierdolfijn en de jaguar. Recent zijn in dit gebied acht nieuwe diersoorten gevonden en jaarlijks vormt de rivier een kraamkamer voor 800 duizend babyschildpadden. Sinds 2001 vechten de Munduruku voor erkenning van hun grondgebied door de overheid, wat grondwettelijke bescherming zou betekenen en gevolgen heeft voor de bouw van de São Luiz do Tapajós dam op hun grondgebied. Echter, in strijd met de mensenrechten worden de Munduruku niet betrokken bij de besluitvorming.
Siemens ga voor echt duurzaam Waterkracht is een duurzame energiebron, mits deze niet in kwetsbaar gebied ontwikkeld wordt. Echter, megadammen in de Amazone zijn het tegenovergestelde: grote bosgebieden verdwijnen en de afstervende vegetatie zorgt voor enorme methaanuitstoot, een broeikasgas dat 34 keer zo sterk is als CO2. Ondertussen is er een haalbaar, duurzaam en betaalbaar alternatief voorhanden. Met windenergie en zonnepanelen langs de kust kan Brazilië evenveel energie opwekken tegen vergelijkbare investeringen.
Nu Siemens marktleider is geworden op het gebied van windturbines, is het moment aangebroken dat het bedrijf ondubbelzinnig moet verklaren niet meer mee te bouwen aan megadammen die tropisch regenwoud vernietigen. Siemens kan kiezen: verdient ze geld aan echte groene innovatie of draagt ze bij aan de vernietiging van regenwoud , klimaatverandering en mensenrechtenschendingen?