De opiniesite van BNNVARA met actueel nieuws en uitgesproken meningen
SER-rapport: Nederlandse jongeren in het nauw
•
118 keer bekeken
• 
Nederlandse jongeren staan onder zware druk en vrezen voor hun toekomst. Ze lijden onder studiedruk, economische onzekerheid, het gebrek aan betaalbare woningen en stress. Problemen die verergerd zijn door de toename van flexwerk, de invoering van het sociaal leenstelsel en de overspannen woningmarkt. Dat blijkt uit een nieuw SER-rapport dat mede is opgesteld door jongerenorganisaties.
Het gevolg hiervan is dat jongeren steeds langer thuis blijven wonen en ook het krijgen van kinderen uitstellen. De gemiddelde leeftijd waarop vrouwen een kind krijgen, is tussen 2008 en 2018 gestegen van 29,4 jaar naar 29,9 jaar.
Als het aan de mede-opstellers van het rapport – NJR-voorzitter Floor Brands, Wouter Kools (25), bestuurslid van jongerenvakbond VCP Young Professionals en SER-voorzitter Mariëtte Hamer (61) – ligt, wordt er bij nieuw beleid voortaan eerst gekeken wat de impact op volgende generaties zal zijn. Kools vertelt aan NRC:
"Ik hoop dat de politiek en bedrijven gaan snappen dat jongeren het niet altijd makkelijk hebben. Wij zeggen dat het kabinet een ‘generatietoets’ moet invoeren. Als ze een beslissing nemen, moeten ze eerst kijken wat dat voor gevolgen heeft voor bijvoorbeeld jongeren over twintig of dertig jaar."
Het Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu (RIVM) constateerde vorig jaar ook al dat jongeren een toenemende mentale druk ervaren. Het CBS stelde al vast dat een dalend aantal havo-scholieren doorstroomt naar het hbo als gevolg van het leenstelsel. Hoewel starters profiteren van de krappe arbeidsmarkt, blijft een vast contract vaak uit. Ook de ongelijkheid neemt toe. Kinderen van welgestelde ouders kunnen afstuderen met een schone financiële lei, terwijl kinderen uit gezinnen met lagere inkomens noodgedwongen veel meer schuld hebben. Mbo’ers en jongeren met een migratieachtergrond blijven relatief lang hangen in uitzend- en oproepwerk, waardoor hun bestaanzekerheid onzeker blijft. Zij zijn als eerste hun baan kwijt zodra het slecht gaat met de economie. Het beeld dat jongeren zelf flexcontracten zouden willen, klopt niet. Volgens het CBS is het slechts voor 14 tot 16 procent een positieve keuze.
Door al die factoren is het dan ook niet verrassend dat jonge werkenden het vaakst getroffen worden door burn-outklachten. Bijna een op de vijf 25- tot 35-jarigen lijd eronder, terwijl het voor de gehele bevolking om een op de zes werkenden gaat.
Afbeelding: Pxhere