Rutte-IV wil eerlijke betaling in cultuursector, maar dat blijkt onmogelijk door bezuinigingen van Rutte-I

Opnieuw heeft het kabinet te lijden onder de gevolgen van het dramatische beleid van een van de eerdere kabinetten-Rutte. Over twee jaar moeten culturele instellingen die geld krijgen van OCW, hun personeel een fatsoenlijk salaris betalen (‘fair pay’), zo heeft staatssecretaris Gunay Uslu (Cultuur) bepaald. Dat blijkt echter onmogelijk door de enorme bezuinigingen op kunst en cultuur in Rutte-I, schrijft NRC.

Met een sardonisch genoegen zette staatssecretaris en datsja-bezoeker Halbe Zijlstra destijds het mes in de cultuursector. Het kabinet waar rechts Nederland volgens Mark Rutte de vingers bij kon aflikken, bezuinigde honderden miljoenen op kunst en cultuur. De gevolgen van dit rechtse revanchisme zijn tot op de dag van vandaag merkbaar. Bijvoorbeeld bij de negen symfonieorkesten waar de ‘fair pay’-verplichting nu al geldt.

NRC reconstrueert: “Sinds de bezuinigingen die VVD en CDA uitvoerden vanaf 2011 (via staatssecretaris Halbe Zijlstra) stapten de meeste orkesten over op deeltijdcontracten voor hun musici. (…) Soms ontstond er wat politieke beroering over de matige betaling, zoals vijf jaar geleden toen een violist van het Metropole Orkest vertelde dat hij naast zijn orkestbaan ook als vuilnisman werkte.”

Nu de orkesten hun musici beter willen en moeten betalen, ontstaan de problemen: er is onvoldoende geld, en dus dreigt het aantal concerten fors af te nemen. “We kunnen onze musici maar 120 dagen per jaar inzetten”, zegt directeur Jan Geert Vierkant van het Metropole Orkest tegen NRC.