Logo Joop
De opiniesite van BNNVARA met actueel nieuws en uitgesproken meningen

Rutte IV laat het H-woord niet vallen

  •  
04-01-2022
  •  
leestijd 3 minuten
  •  
251 keer bekeken
  •  
51310306544_fa98c33800_c

© cc-foto: Roel Wijnants

Volgens het regeerakkoord moeten er tot 2030 een miljoen woningen bijkomen. Heel ambitieus allemaal. Is iedereen straks eindelijk onderdak? Je kunt het je afvragen.
Nederland krijgt weer een minister voor Volkshuisvesting. In het vorige kabinet – Rutte III dus – ontbrak deze functionaris. De minister van Binnenlandse Zaken deed Volkshuisvesting er zo’n beetje bij. Kennelijk beviel deze constructie niet erg, want in Rutte IV gaat een aparte bewindspersoon zich met het betreffende beleid bezighouden. Al blijft de nieuwkomer opereren vanaf het departement van Binnenlandse Zaken.
Het kan ook zo zijn dat Volkshuisvesting terugkeert als ministerpost omdat uitbreiding van het aantal kabinetsleden politiek gezien blijkbaar geboden was. Als je een afzonderlijke minister voor Armoedebeleid en voor Natuur en Stikstof hebt en zelfs een staatssecretaris voor Mijnbouw, dan mag een minister voor Volkshuisvesting natuurlijk niet ontbreken.
Maar laten we niet zeuren. De woningnood is een van de grootste problemen die er in Nederland bestaan. Het is nogal wiedes dat hiervoor een minister wordt aangesteld. Een garantie dat deze benoeming bijdraagt aan een oplossing is er trouwens allerminst. Tientallen jaren hadden we een zelfstandig departement voor Volkshuisvesting en Ruimtelijke Ordening. In de jaren zeventig waren hierop zelfs een minister en maar liefst twee staatssecretarissen actief, zonder dat het echt geholpen heeft.
Hoe komt het eigenlijk dat de woningnood in Nederland maar niet tot het verleden wil gaan behoren? Al sinds de Tweede Wereldoorlog klinkt er over deze kwestie aanhoudende kritiek. In de oorlogsjaren waren een heleboel huizen verwoest. Het motto luidde dan ook ‘bouwen, bouwen, bouwen’. Vanaf de jaren zestig nam het aantal kleine gezinnen snel toe, zodat er meer woonruimte voor twee- en eenpersoonshuishoudens nodig bleek. Nog meer bouwen dus.
En bouwen is nog steeds het toverwoord in de volkshuisvesting. Volgens het regeerakkoord moeten er tot 2030 een miljoen woningen bijkomen. Heel ambitieus allemaal. Is iedereen straks eindelijk onderdak?
Je kunt het je afvragen. Op dit moment is wonen voor nogal wat mensen zo goed als onbetaalbaar. Een huis kopen valt voor iemand met een niet al te hoog inkomen niet op te brengen. Ook huren is voor veel gezinnen peperduur.
Rutte IV gaat aan dat laatste wat doen. Bij het bouwen zal de betaalbaarheid voorop staan. Bovendien wil het nieuwe kabinet de verhuurdersheffing (een soort crisisbelasting die door Rutte II is ingevoerd) weer afschaffen. Woningcorporaties krijgen dan lucht, zodat ze goedkoper aan de slag kunnen.
Maar er is één knelpunt waar de vier coalitiepartijen met een grote boog omheen lopen. Dat is de hypotheekrenteaftrek, grotendeels verantwoordelijk voor de meer dan bizarre prijsstijgingen op de woningmarkt. Iemand die een huis koopt en daarvoor een hypothecaire lening moet afsluiten (vrijwel iedereen dus) mag de rente aftrekken van zijn belastbaar inkomen.
Decennialang was het afschaffen van deze faciliteit onbespreekbaar. Zelfs praten erover ging bijna niet. Als dat al gebeurde werd de omzichtige term ‘H-woord’ gebezigd. Vooral in de VVD – zeer krachtig gesteund door De Telegraaf – was de renteaftrek heilig. Liberalen die, al was het nog zo voorzichtig, een lichte beperking opperden, konden hun politieke carrière wel vergeten. Partijleider Mark Rutte hield de kiezers in 2012 – en eerder – voor dat het beschermen van de hypotheekrenteaftrek voor zijn partij ‘topprioriteit’ had.
Tijdens de formatie van dat jaar was hij die belofte kennelijk een beetje vergeten, of kreeg hij last van zijn inmiddels beruchte aanvallen van geheugenverlies. In zijn regeerakkoord kondigde Rutte II (VVD en PvdA) namelijk een zeer voorzichtige beperking van de renteaftrek aan. Uiteraard alleen omdat coalitiegenoot PvdA daar zo op aandrong.
Maar daarna gebeurde er niets meer, tal van ambtelijke en andere adviezen ten spijt. In Rutte III was ‘rust aan het front’ het parool. En in Rutte IV? In het regeerakkoord komt het begrip ‘hypotheekrenteaftrek’ niet voor. Laat staan dat er van een beperking, laat helemaal staan van afschaffing sprake zal zijn.
De nieuwe minister mag de woningnood gaan oplossen zonder het H-woord te laten vallen. Die nieuwe minister is overigens Hugo de Jonge, in Rutte III pijnlijk mislukt als Chef Corona. Neem je de volkshuisvesting eigenlijk wel serieus met zo’n aanstelling?
Delen:

Praat mee

Onze spelregels.

0/1500 Tekens
Bedankt voor je reactie! De redactie controleert of je bericht voldoet aan de spelregels. Het kan even duren voordat het zichtbaar is.